Algemeen

Staggering Biodiversity Loss in the Garden of England During the 20th Century

Kent is one the UK’s most wildlife-rich counties, a result of its varied geology, long coastline, landscape history, southerly location and proximity to mainland Europe. Its important wildlife habitats include estuaries, chalk cliffs, woodlands, and chalk downland, and encompass some of the South East’s most iconic landscapes, such as the shingle headland of Dungeness and the White Cliffs of Dover. Kent lost eight species of butterfly during the last 100 years, and at least three further species now only survive as very localised populations. Kent’s moth fauna has undergone substantial change, with species being lost and gained, but the number of species lost far outweighs the number gained. During the 20th century, Kent lost one of its five reptile species, and one of its six amphibians. Thirty-seven regularly occurring bird species have decreased or been lost entirely to Kent. The Greater and Lesser Horseshoe bats became extinct in Kent during the 20th Century. Between 1900 and 2010, more than 30 wild plants were lost from Kent.

Unerwarteter Weltuntergang - Ohne Insekten würde die Welt ins Chaos stürzen

Und wenn es plötzlich keine Insekten mehr gäbe? Die Entomologen stellen sich die Frage immer wieder, und wenn auch die Prognosen variieren, so herrscht in einem Punkt Einigkeit: Das menschliche Leben, wie wir es kennen, würde wahrscheinlich enden. Der namhafte Entomologe Edward O. Wilson, ausgezeichnet mit zwei Pulitzerpreisen und der National Medal of Science, gibt den Menschen nach dem hypothetischen Aussterben aller Wirbellosen (von denen Insekten die Mehrzahl stellen) noch zehn Jahre. Der Science-fiction-Autor Charles Pellegrino dagegen, der in seinem Roman «Dust» die katastrophalen Folgen eines globalen, programmierten Aussterbens aller Insekten beschreibt, lässt es weniger als sechs Monate dauern, bis die Menschheit auf eine Hand voll bedauernswerte, in alle Welt zerstreute Überlebende geschrumpft ist.

Onrustwekkende achteruitgang van flora en fauna in Europa

Het natuurlijke erfgoed van Europa laat, volgens nieuw onderzoek, een zorgwekkende daling zien. Met de Europese rode lijst, onderdeel van de rode lijst van bedreigde diersoorten™ van de internationale natuurbeschermingsunie IUCN, wordt de toestand van een aanzienlijk deel van de inheemse flora en fauna van de EU beoordeeld. Uit de beoordeling van ongeveer 6000 soorten blijkt dat 44% van alle zoetwaterweekdieren, 37% van de zoetwatervissen, 23% van de amfibieën, 20% van bepaalde groepen van landweekdieren, 19% van de reptielen, 15% van de zoogdieren en libellen, 13% van de vogels, 11% van bepaalde groepen van houtkevers, 9% van de vlinders en 467 soorten vaatplanten nu worden bedreigd.

Alarmierender Rückgang von Fauna und Flora in Europa

Eine Untersuchung eines erheblichen Teils der in Europa heimischen Fauna und Flora im Rahmen der Europäischen Rote Liste, die Teil der Roten Liste gefährdeter Arten der Weltnaturschutzunion (IUCN)™ ist, hat ergeben, dass ein großer Anteil Weichtiere, Süßwasserfische und Gefäßpflanzen jetzt als gefährdet einzustufen ist. Die Untersuchung von etwa 6000 Arten zeigt, dass 44 % aller Süßwasserweichtiere, 37 % der Süßwasserfische, 23 % der Amphibien, 20 % einer Auswahl von terrestrischen Weichtieren, 19 % der Reptilien, 15 % der Säugetiere und Libellen, 13 % der Vögel, 11 % einer Auswahl von xylobionten Käfern, 9 % der Schmetterlinge und 467 Arten von Gefäßpflanzen vom Aussterben bedroht sind.

Van de dagvlinders, reptielen en steenvliegen is meer dan driekwart van de soorten in gevaar

De duinpieper Anthus campestris behoort tot de inmiddels 433 soorten waarvan bekend is dat ze uit Nederland verdwenen zijn sinds circa 1950. De oostelijke witsnuitlibel Leucorrhinia albifrons, de grote vuurvlinder Lycaena dispar, de kemphaan Philomachus pugnax, de tengere distel Carduus tenuiflorus en de kuifleeuwerik Galerida cristata horen bij de 558 soorten die momenteel ernstig bedreigd zijn. De verschillen tussen de soortgroepen zijn echter groot. Van de dagvlinders, reptielen en steenvliegen is meer dan driekwart van de soorten in gevaar.

Minder vogels en vlinders op hei

De heidegebieden in Nederland staan onder druk. De populaties van enkele diersoorten op de hei namen sinds 1990 af met ongeveer 65 procent. Vooral vogels en dagvlinders op open, droge heidegebieden komen minder vaak voor. De duinpieper Anthus campestris en de klapekster Lanius excubitor zijn helemaal verdwenen, terwijl broedvogels als de korhoen Tetrao tetrix in aantal afnamen. De afname van het aantal vlinders daalde relatief het sterkst. Het vals heideblauwtje Plebejus idas en de kleine heivlinder zijn inmiddels bijna of helemaal verdwenen.