Matkoppen Parus montanus broeden in vochtige bossen. Ze nestelen in verrot en zacht hout. In het voorjaar en vroege zomer bestaat het voedsel vooral uit insecten, insectenlarven, spinnen en andere kleine diertjes. Volgens SOVON daalde het aantal broedparen in de periode 1990-2007 significant. Op de zuidelijke zandgronden kreeg de Matkop rond 1995 een forse klap: toen verdween in een keer 40% van het broedbestand. Sindsdien vertoont de Matkop in deze gebieden een gestage achteruitgang. Het beeld in laag Nederland en op de noordelijke zandgronden (Drenthe e.o.) is iets minder dramatisch: er is geen sprake van een forse terugval in een bepaald jaar, maar wel van een gestage achteruitgang vanaf 1990. Bij de oosterburen is de ontwikkeling niet anders. In Nedersaksen is de broedvogelstand tussen 1989 en 2010 met 75% afgenomen. Deze teruggang is in heel Nedersaksen te zien, met de grootste terugval begin jaren negentig.
Bron: Alco van Klinken, De Grauwe Gors jaargang 42 - 2015
- Login om te reageren