Beide soorten komen uitsluitend voor in Zuid-Limburg. Ze kwamen tot in de zestiger jaren gebiedsdekkend in bijna geheel Zuid-Limburg voor. Inventarisaties vanaf het begin van de zestiger jaren hebben duidelijk aangetoond dat de vroedmeesterpad (Alytes obstetricans) en de geelbuikvuurpad (Bombina variegata) de laatste decennia sterk in aantal zijn afgenomen. Was de vroedmeesterpad tot voor dertig jaar nog zeer algemeen in heel Zuid-Limburg, in 1997 zijn er nog maar veertien lokaties met levensvatbare populaties van deze soort vastgesteld. De achteruitgang van de geelbuikvuurpad is nog dramatischer. In 1964 waren er nog tachtig vindplaatsen, in 1975 nog negentien, in 1980 nog vijf, terwijl thans nog maar sprake is van vier vindplaatsen waar regelmatig meerdere exemplaren worden aangetroffen.
De thans nog resterende Limburgse populaties zijn zeer lokaal en in de meeste gevallen volledig van elkaar geïsoleerd. Het oorspronkelijke netwerk waarbij de populaties met elkaar in verbinding stonden is grotendeels verdwenen.
Bron: Beschermingsplan vroedmeesterpad en geelbuikvuurpad 2000 - 2004
Rapport Directie Natuurbeheer nr. 38 (bijlage)
- Login om te reageren