Op 13 november 1999 veroorzaakten de dampen van metam-natrium afbraakproducten van een aardappelveld in de stad Earlimart ernstige ziekteverschijnselen (misselijkheid, hoofdpijn, ademhalingsmoeilijkheden, en irritaties van ogen en keel). Honderdvijftig bewoners werden geëvacueerd en 24 opgenomen in het ziekenhuis, terwijl talloze anderen vluchtten in hun eigen voertuigen of in hun huizen bleven omdat hen niet werd verteld om te vertrekken. Tot op heden lijden bewoners van Earlimart onder nieuwe of verergerde gevallen van astma en andere longziekten die zij toeschrijven aan dit incident.
In een historische overeenkomst die werd bewerkstelligd door aanhoudende inspanningen van bewoners van Earlimart en de Verenigde Landarbeiders Unie stemde het uitvoerende bedrijf in, zonder evenwel schuld te bekennen, met een boete van $ 75.000, en werd ook nog een bedrag van $ 75.000 gestort in twee fondsen waarmee de ziektekosten van slachtoffers werden gedekt. De kosten voor voortgezette zorg van 28 slachtoffers met blijvende ademhalingsproblemen konden echter pas 14 maanden later gedekt worden met de betalingsafwikkeling. Het bestuur van Tulare County besloot een bufferzone van een halve mijl op te leggen voor de toepassing van metam-natrium en verbood ook nachtelijke metam-natrium toepassingen. In totaal werden 170 ziektegevallen geregistreerd.
Bron:
MARGARET REEVES, PHD, KRISTIN S. SCHAFER, MA
Greater Risks, Fewer Rights: U.S. Farmworkers and Pesticides
INT J OCCUP ENVIRON HEALTH 2003;9:30–39
- Login om te reageren