Blootstelling aan pesticiden voor de geboorte draagt bij tot de ontwikkeling van leukemie

De Belgische Federale Overheidsdienst (FOD) Volksgezondheid raadt particuliere en professionele gebruikers van pesticiden aan om voorzorgsmaatregelen te nemen zodat toekomstige ouders en ouders van jonge kinderen zo weinig mogelijk worden blootgesteld aan deze producten. Als kinderen voor hun geboorte of op jonge leeftijd vaak of in grote mate aan pesticiden (gewasbeschermingsmiddelen en biociden) worden blootgesteld, zou dit kunnen bijdragen tot de ontwikkeling van leukemie. Dat is de conclusie van een studie in opdracht van de FOD Volksgezondheid door de Université catholique de Louvain (UCL). De onderzoekers hebben studies uit verschillende landen over pesticiden en leukemie bij kinderen met elkaar vergeleken. Uit hun berekeningen is een mogelijk verband tussen leukemie bij kinderen en blootstelling aan pesticiden tijdens de zwangerschap of de eerste levensjaren naar voor gekomen. Dit is het meest uitgesproken bij het gebruik van pesticiden binnenshuis.

De FOD Volksgezondheid raadt ouders aan om hun ongeboren en jonge kinderen zo weinig mogelijk aan deze producten bloot te stellen. Het is beter om preventieve maatregelen te nemen, zoals:

- Een muggenhor in plaats van een muggenspray te gebruiken

- Regelmatig het huis te poetsen om ongewenste insecten te vermijden

- Kieren en spleten te dichten om de mieren buiten te houden

- Insectenvallen te plaatsen

- Kleren die men draagt om met pesticiden te werken afzonderlijk van gewone kledij te wassen en te bewaren (dit geldt zeker voor professionele gebruikers)

Als u dan toch gebruik maakt van pesticiden tijdens de zwangerschap of met kleine kinderen in uw omgeving, doe het dan met mate en volg de gebruiksaanwijzing en voorzorgsmaatregelen strikt op. Op die manier kunt u het risico op gezondheidsschade zoveel mogelijk beperken. Kinderen zijn gevoeliger voor de schadelijke effecten van pesticiden dan volwassenen. Ze lopen ook meer kans om er mee in contact te komen omdat ze vaak op de grond (in het gras b.v.) spelen en ook veel voorwerpen vastnemen en in hun mond steken. Ze aaien de hond (met zijn vlooienbandje) aan of zitten bij u op schoot als u zich ingesmeerd hebt met muggenmelk of kleren draagt die u aanhad tijdens het sproeien van pesticiden.

Bron: De Standaard, 26-10-2012
http://www.standaard.be/artikel/detail.aspx?artikelid=GEZDS_GZT20121026…