Mensen

Des risques à long terme encore mal évalués

La toxicité de certains produits phytosanitaires est-elle beaucoup plus élevée que celle estimée lors des tests réglementaires, comme l'affirme une étude du controversé Pr Séralini ? Si d'autres travaux seront nécessaires, l'évaluation des risques à long terme de ces produits est jugée insuffisante. « Dans le processus d'évaluation des produits phytosanitaires, il y a clairement des choses à améliorer », estime Marc Mortureux, le directeur de l'Agence sanitaire française (Anses), qui a fait de l'exposition aux produits phyosanitaires des travailleurs agricoles et des riverains une de ses priorités pour 2014 alors que les liens avec des pathologies chroniques sont de plus en plus documentés.

Rondetafelgesprek in de gemeente Westerveld over lelieteelt en pesticiden

Omwonenden van leliepercelen in Westerveld voelen zich niet serieus genomen. Dat bleek op donderdagavond 6 maart 2014 tijdens een bijeenkomst over de lelieteelt in het gemeentehuis in Diever. Verschillende partijen konden hun standpunten toelichten over de effecten van gewasbeschermingsmiddelen. Het ging er fel aan toe in het bomvolle gemeentehuis. Omwonenden vrezen voor hun gezondheid als bollenboeren gebruik maken van middelen zoals metam-natrium om bijvoorbeeld grond te ontsmetten. De stoffen waaien uit over hun tuinen en onduidelijk is wat de effecten daarvan zijn op de volksgezondheid. Bijgevoegd een documentatie over dit thema van de hand van de toxicoloog Henk Tennekes. Naar het oordeel van Tennekes laat het Ctgb middelen toe die in de landbouw niets te zoeken hebben: het gebruik van metam-natrium verhoogt het risico op longziekten en het gebruik van imidacloprid roeit de insecten uit en daarmee ook alle soorten die van insecten afhankelijk zijn, zoals veel vogels van het boerenland. De gespreksleider in Westerveld deed pogingen de mensen met elkaar in gesprek te brengen. Tennekes, die deelnam aan de discussie, vroeg zich af waar je het in godsnaam over moet hebben als het cultuurlandschap door de boeren mag worden bezoedeld met uiterst giftige pesticiden.

Neurobehavioural effects of developmental toxicity

Neurodevelopmental disabilities, including autism, attention-defi cit hyperactivity disorder, dyslexia, and other cognitive impairments, affect millions of children worldwide, and some diagnoses seem to be increasing in frequency. Industrial chemicals that injure the developing brain are among the known causes for this rise in prevalence. In 2006, we did a systematic review and identified five industrial chemicals as developmental neurotoxicants: lead, methylmercury, polychlorinated biphenyls, arsenic, and toluene. Since 2006, epidemiological studies have documented six additional developmental neurotoxicants—manganese, fluoride, chlorpyrifos, dichlorodiphenyltrichloroethane, tetrachloroethylene, and the polybrominated diphenyl ethers. We postulate that even more neurotoxicants remain undiscovered. To control the pandemic of developmental neurotoxicity, we propose a global prevention strategy. Untested chemicals should not be presumed to be safe to brain development, and chemicals in existing use and all new chemicals must therefore be tested for developmental neurotoxicity.

Uit een recent Frans onderzoek blijkt dat pesticiden schadelijk zijn voor de hersenprestaties van boeren die er vaak aan worden blootgesteld

Hun cognitieve capaciteiten, dus hun leervermogen lijkt er schade door op te lopen. Vorige week werden de resultaten gepresenteerd tijdens een conferentie over veiligheid en gezondheid. Hieruit blijkt een duidelijke achteruitgang in de hersenprestaties van boeren in Zuidwest-Frankrijk die tijdens hun werk worden blootgesteld aan pesticiden. Dr Isabelle Bladi, specialist arbeidsomstandigheden aan de Bordeaux Segalen University legt uit dat dit onderzoek inderdaad ”verschillen laat zien in prestatietests tussen personen die beroepshalve blootgesteld aan pesticiden en zij die hier niet mee te maken hebben. ” De wetenschappers onderzochten honderden boeren in de Gironde-streek, vooral groentetelers die pesticiden gebruiken. In deze vochtige streek zijn dat vooral fungiciden, dat zijn schimmeldodende chemicaliën. De controlegroep werd gevormd door agrarische werkers die geen gif gebruikten. Hun vaardigheden werden in een looptijd van tientallen jaren drie keer getest. De monitoring bevestigde dat er bij de ‘pesticiden-groep’ cognitieve stoornissen optreden. zegt Dr Baldi.

Meg Sears | Prevent Cancer Now » The Buzz about the “new nicotine-like” insecticides

To minimize risks of cancer and other chronic diseases, a healthy diet includes lots of fruits and vegetables. Growing many of these foods requires pollination by bees, but bees are dying en masse – this is called “colony collapse.” Top of the list of suspect causes is a group of chemicals known as neonicotinoid (literally “new, nicotine-like”) insecticides. Canadian beekeepers, such as those in Ontario, see ample evidence that these insecticides kill bees. Neonicotinoids don’t stay in one place – they are mobile in the environment, and pollinators ingest the pesticide from pollen and water. Henk Tennekes and Pierre Mineau, have demonstrated falling insect and associated bird populations with current use of neonicotinoids in Europe and North America respectively. Neonicotinoids degrade very slowly (breakdown products persist for years), and thus are continually building up in the environment, with some breakdown products even more toxic than the original chemical. Breakdown is very complex, as illustrated by Bayer’s information on imidacloprid. According to the US National Toxicology Program summary, the breakdown product, 2-chloropyridine, has no known environmental breakdown pathway, is very stable, is mutagenic, and has the characteristics of a carcinogen. Every molecule of the pesticide creates a molecule of 2-chloropyridine.

Volgens het Ctgb zijn de risico's van middelen met neonicotinoïden voor bijen en mensen verwaarloosbaar

Mierenlokdoosjes, vliegenstrips en andere producten waarin bepaalde insecticiden zitten, blijven te koop. De Tweede Kamer had op initiatief van de Partij voor de Dieren aangedrongen op een verkoopverbod aan particulieren van de bestrijdingsmiddelen die gevaarlijk zijn voor bijen en hommels. Daarvoor bestaat geen grondslag, zo heeft staatssecretaris Wilma Mansveld (Milieu) aan de Kamer geschreven. Ze baseert zich daarbij op onderzoek van het College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Ctgb). Volgens het college zijn de risico's van middelen met zogeheten neonicotinoïden voor bijen en mensen verwaarloosbaar. In een reactie schrijft de toxicoloog Henk Tennekes dat het Ctgb bij de beoordeling van imidacloprid de wettelijke kaders waaraan het Ctgb gebonden is heeft overtreden. Imidacloprid voldoet aan geen van drie in de Nederlandse wetgeving opgenomen milieucriteria waaraan de toelaatbaarheid van een gewasbeschermingsmiddel getoetst dient te worden (persistentie in de bodem, uitspoeling naar het grondwater, en de risico’s voor waterorganismen). Staatssecretaris Mansveld heeft met haar adviesaanvraag aan een incompetente instantie het primaat van de politiek de facto afgegeven aan Nefyto, de belangenorganisatie van de agrochemische industrie in Nederland, aldus Tennekes.

Het gebruik van het verboden herbicide dinoterb in Noord Holland bedreigt water organismen en omwonenden van landbouwgebieden

Gebruiken bloembollenkwekers en andere agrariërs verboden bestrijdingsmiddelen? ,,Onzin.’’ Piet Groen van leverancier CAV Agrotheek durft er zijn handen voor in het vuur te steken. ,,We kijken wel uit. De boetes van de Voedsel- en Warenautoriteit zijn fors’’, vult akkerbouwer en regionaal LTO-bestuurder Henk Geerligs aan. Boetes kunnen oplopen tot 20.000 euro. Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier stuitte op veel plaatsen op vijf verboden middelen in het oppervlaktewater. Residuen van dinoterb zijn her en der aangetroffen, in te hoge gehaltes. Dinoterb is sinds 1998 niet toegestaan. De conclusie dat agrariërs zich schuldig maken aan illegaal gebruik van landbouwgif, wijzen Groen en Geerligs pertinent van de hand. Het hoogheemraadschap houdt nog een slag om de arm en wacht nader onderzoek af. Door afspoeling belanden middelen in de sloten. ,,Veel stoffen breken in de bagger op de bodem niet of langzaam af. Met metingen kom je ze dan tegen’’, zegt Henk Geerligs. Landelijk specialist gewasbeschermingsmiddelen van agrarische belangenorganisatie LTO Jaap van Wenum bevestigt dat. Van Wenum: ,,Zolang stoffen niet worden blootgesteld aan zon en zuurstof, blijven ze soms jarenlang persistent. Zolang er niet wordt gebaggerd, blijven ze aanwezig.’’ Op veertig locaties heeft het waterschap gecontroleerd. Bij 21 van de 49 ontdekte stoffen waren de toegestane concentraties te hoog. Gifdeskundige Henk Tennekes uit Zutphen schrikt van de uitkomsten. Over dinoterb zegt hij: ,,Deze stof is zeer gevaarlijk voor organismen die in het water leven.'' Volgens Tennekes is de stof ook - vanwege zijn vluchtigheid en hoge giftigheid voor zoogdieren - een bedreiging voor omwonenden van landbouwgebieden. ,,Vooral voor zwangere vrouwen.''

Verband gevonden tussen pesticide DDT en Alzheimer

Bij mensen die een hogere hoeveelheid van het pesticide DDT in hun bloed hebben, komt vaker alzheimer voor. Dat stellen Amerikaanse onderzoekers in JAMA Neurology. Patiënten met Alzheimer hebben bijna vier maal zoveel DDT in hun lichaam dan gezonde mensen. DDT is een succesvol pesticide dat aan het einde van de Tweede Wereldoorlog gebruikt werd tegen malaria en later om gewassen in de commerciële landbouw te beschermen. Sinds 1972 is het in de VS en veel andere landen een verboden middel. De pesticide DDT wordt in het lichaam afgebroken tot DDE. DDT blijft jarenlang aanwezig in het menselijk lichaam waar het wordt afgebroken tot DDE. De halfwaardetijd van DDT in het lichaam is minstens een jaar of zes en die van DDE is nog een paar jaar langer. Onder de onderzochte patiënten waren er ook een aantal met een hoge DDE-concentratie zonder alzheimer (en omgekeerd) maar in de groep met de hoogste DDE-niveaus was de kans op alzheimer viermaal zo groot als bij de rest. Daarmee is het pesticide waarschijnlijk niet de enige factor die alzheimer veroorzaakt.

‘We did not develop this medicine for Indians. We developed it for western patients who can afford it.’

Er is met verontwaardiging gereageerd op deze uitspraak van de Nederlands-Amerikaanse CEO van Bayer, Marijn Dekkers tijdens een Financial Times-conferentie over farmacie op 3 december. Dat meldt Bloomberg. Dekkers citaat heeft alles te maken met Bayerns patent op het kankermedicijn Nexavar. Onder druk van de Indiase patentwetgeving moest Bayern toestaan dat de Natco Pharma Ltd een kopie van het product op de lokale markt kon brengen, 97 procent goedkoper dan dat van Bayer. De reden hiervoor is dat in India dwanglicenties kunnen worden toegekend voor sommige medicijnen als die lokaal niet beschikbaar zijn tegen een redelijke prijs. Er kwam zo’n dwanglicentie op Bayers kankermedicijn Nexavar, omdat de Indiase autoriteiten het te duur voor de lokale markt vonden.

Levels of Metals in Hair in Childhood: Preliminary Associations with Neuropsychological Behaviors

For more than 100 years, an electrochemical plant has been operating in Flix (Catalonia, Spain) by the Ebro River. Its activities have originated a severe accumulation of environmental contaminants (metals, organochlorinated pesticides and radionuclides) in sediments of the Flix reservoir, while mercury (Hg) has been also frequently released to the air. Environmental exposure to industrial pollutants has been associated with decreased intelligence and behavioral problems. In the present study, we assessed, in 53 children living in the village of Flix and the surroundings, the relationships between the concentrations of a number of trace elements (As, Be, Cd, Cs, Hg, Mn, Ni, Pb, Sn, Tl, U and V) in hair and the levels of testosterone in blood, with respect to potential neuropsychological alterations. Lead (Pb) and Hg showed the highest mean concentrations in hair samples. However, the current Hg levels were lower than those previously found in children living in the same zone, while the concentration of the remaining elements was similar to those reported in the scientific literature. The outcomes of certain neuropsychological indicators showed a significant correlation with metals, such as Pb and uranium (U).