Overige insecten

Toxicoloog Henk Tennekes uit Zutphen waarschuwt al jaren voor de schadelijke gevolgen voor het milieu door het gebruik van bepaalde pesticiden

Insectenetende vogels, zoals spreeuw (Sturnus vulgaris) en boerenzaluw (Hirundo rustica) gaan sterker achteruit in gebieden met hoge concentraties van de neonicotinoïde imidacloprid in het oppervlaktewater. Dit blijkt uit een analyse van gedetailleerde gegevens over milieufactoren en trends van algemene insectenetende vogels in het boerenland. Het wetenschappelijk tijdschrift Nature publiceert de studie van biologen van de Radboud Universiteit en van Sovon Vogelonderzoek Nederland vandaag. Toxicoloog Henk Tennekes uit Zutphen waarschuwt al jaren voor de schadelijke gevolgen voor het milieu door het gebruik van bepaalde pesticiden.

Nederlandse ecologen bevestigen nu ook dat milieuverontreiniging met imidacloprid de boerenlandvogels zal uitroeien

De vogelstand daalt in gebieden waar hogere concentraties van het bestrijdingsmiddel imidacloprid in het oppervlaktewater worden gevonden. De spreeuw en de boerenzwaluw - algemeen voorkomende insecteneters - nemen in aantal af als er meer van het gewasbeschermingsmiddel in het water zit. Dit blijkt uit uitgebreid onderzoek van de Radboud Universiteit in Nijmegen in samenwerking met Sovon Vogelonderzoek Nederland. Het onderzoek is gepubliceerd in het vooraanstaande wetenschappelijk tijdschrift Nature. Voor het onderzoek is gebruik gemaakt van gegevens van de waterschappen over bestrijdingsmiddelen in oppervlaktewater in de periode van 2003 tot 2009 en over de vogelpopulaties in de periode van 2003 tot 2010 in Nederland. Conclusie is dat in gebieden met hogere concentraties van imidacloprid in oppervlaktewater er sprake is van een daling van de vogelstand of een verminderde groei van de vogelstand.

Neonicotinoids linked to recent fall in farmland bird numbers

New research has identified the world’s most widely used insecticides as the key factor in the recent reduction in numbers of farmland birds. The finding represents a significant escalation of the known dangers of the insecticides and follows an assessment in June that warned that pervasive pollution by these nerve agents was now threatening all food production. The neonicotinoid insecticides are believed to seriously harm bees and other pollinating insects, and a two-year EU suspension on three of the poisons began at the end of 2013. Peer-reviewed research, published in the leading journal Nature this Wednesday, has revealed data from the Netherlands showing that bird populations fell most sharply in those areas where neonicotinoid pollution was highest. Starlings, tree sparrows and swallows were among the most affected. At least 95% of neonicotinoids applied to crops ends up in the wider environment, killing the insects the birds rely on for food, particularly when raising chicks.

De ecosystemen die het leven op aarde dragen gaan naar de knoppen door de neonicotinoiden

Vier jaar lang heeft de zogenaamde Task Force on Systemic Pesticides op vraag van de International Union for the Conservation of Nature (IUCN) de gevolgen van het gebruik van de nieuwe generatie van pesticiden onderzocht. Die expertengroep bestaande uit een dertigtal wetenschappers uit vijftien landen, heeft ruim achthonderd collegiaal getoetste wetenschappelijke studies doorgenomen en hun conclusies samengebracht in een Worldwide Integrated Assessment (WIA). Die wereldwijde integrale beoordeling besluit dat de zogenaamde systemische pesticiden niet alleen een ernstig gevaar vormen voor bestuivende insecten, maar ook voor talloze ongewervelde bodemdieren, zoals regenwormen en mijten, en evengoed voor gewervelde dieren zoals vogels.

Shanghai's unique firefly culture could be facing extinction

This is the time of the year when night life has a new meaning. The city's fireflies, with their alluring, blinking magical displays, offer a fascinating contrast to the city's techno-colored street and shop lighting, and many Shanghai people are setting out to spend time watching and enjoying this natural spectacle. The hunt for the fireflies has also been given a public push recently by the publication of recommended viewing spots for the tiny nocturnal creatures by the Shanghai Municipal Tourism Administration. The list of six destinations includes the highly recommended Cenbu village, a village beside Shanghai's largest freshwater lake Dianshan Lake in Qingpu district. Other spots listed are the Shanghai Botanical Garden, the Chenshan Botanical Garden and the Shanghai Zoo.

Delayed and time-cumulative toxicity of imidacloprid in bees, ants and termites

Imidacloprid, one of the most commonly used insecticides, is highly toxic to bees and other beneficial insects. The regulatory challenge to determine safe levels of residual pesticides can benefit from information about the time-dependent toxicity of this chemical. Using published toxicity data for imidacloprid for several insect species, we construct time-to-lethal-effect toxicity plots and fit temporal power-law scaling curves to the data. The level of toxic exposure that results in 50% mortality after time t is found to scale as t1.7 for ants, from t1.6 to t5 for honeybees, and from t1.46 to t2.9 for termites. We present a simple toxicological model that can explain t2 scaling. Extrapolating the toxicity scaling for honeybees to the lifespan of winter bees suggests that imidacloprid in honey at 0.25 μg/kg would be lethal to a large proportion of bees nearing the end of their life.

Twee van de 36 soorten lieveheersbeestjes die in Vlaanderen voorkomen, zijn uitgestorven en zestien soorten zijn in mindere of meerdere mate bedreigd

Dat zegt het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek (INBO) na een analyse van gegevens over de jongste twintig jaar van het "lieveheersbeestjesproject" en van waarnemingen.be.
"Lieveheersbeestjes hebben een positief imago als bladluizenverdelgers, waardoor tuiniers ze maar al te graag verwelkomen", verduidelijken Tim Adriaens en Dirk Maes van INBO. "Maar het gaat de laatste jaren duidelijk minder goed met de lieveheersbeestjes in Vlaanderen." Zo zijn typische heidesoorten, zoals het hïeroglyfenlieveheersbeestje en het zwart lieveheersbeestje, bedreigd, net als het onbestippeld lieveheersbeestje dat een moerassoort is. Het zevenvleklieveheersbeestje, niet te verwarren met het zevenstippelig lieveheersbeestje dat vrij frequent in de tuinen voorkomt, en het twintigvleklieveheersbeestje, komen niet meer in Vlaanderen voor. Ze leefden in zeldzame biotooptypes.

Je kon er op wachten: De insectivore grote karekiet komt als broedvogel in Nederland nauwelijks meer voor

Het is alarmcode rood voor de grote karekiet (Acrocephalus arundinaceus) in Nederland. De laatste jaren laat de soort een gestage achteruitgang zien. Werd het aantal broedparen vorig jaar nog tussen de 150 en 175 geschat, nu zijn er aanwijzingen dat de soort ternauwernood boven de 100 paar uitkomt. Sovon heeft onlangs de resultaten van verschillende vrijwillige tellers naast elkaar gelegd en kwam tot een verdrietige optelsom. Sinds 2001 is de stand in belangrijke resterende bolwerken in Noordwest-Overijssel met 50% afgenomen (van 100 naar 51 paar). Op de Loosdrechtse Plassen, belangrijk broedgebied, was de soort lange tijd stabiel met tussen de 25 en 30 territoria. In 2013 zakte dat aantal naar elf en ook dit jaar stokt de teller bij dertien grote karekietenterritoria.

A review of the direct and indirect effects of neonicotinoids and fipronil on vertebrate wildlife

Concerns over the role of pesticides affecting vertebrate wildlife populations have recently focussed on systemic products which exert broad-spectrum toxicity. Given that the neonicotinoids have become the fastest-growing class of insecticides globally, we review here 150 studies of their direct (toxic) and indirect (e.g. food chain) effects on vertebrate wildlife—mammals, birds, fish, amphibians and reptiles. We focus on two neonicotinoids, imidacloprid and clothianidin, and a third insecticide, fipronil, which also acts in the same systemic manner. Imidacloprid and fipronil were found to be toxic to many birds and most fish, respectively. All three insecticides exert sub-lethal effects, ranging from genotoxic and cytotoxic effects, and impaired immune function, to reduced growth and reproductive success, often at concentrations well below those associated with mortality. Use of imidacloprid and clothianidin as seed treatments on some crops poses risks to small birds, and ingestion of even a few treated seeds could cause mortality or reproductive impairment to sensitive bird species. In contrast, environmental concentrations of imidacloprid and clothianidin appear to be at levels below those which will cause mortality to freshwater vertebrates, although sub-lethal effects may occur. Some recorded environmental concentrations of fipronil, however, may be sufficiently high to harm fish. Indirect effects are rarely considered in risk assessment processes and there is a paucity of data, despite the potential to exert population-level effects. Our research revealed two field case studies of indirect effects. In one, reductions in invertebrate prey from both
imidacloprid and fipronil uses led to impaired growth in a fish species, and in another, reductions in populations in two lizard species were linked to effects of fipronil on termite prey. Evidence presented here suggests that the systemic insecticides, neonicotinoids and fipronil, are capable of exerting direct and indirect effects on terrestrial and aquatic vertebrate wildlife, thus warranting further review of their environmental safety.

De stad Antwerpen voert op 1 januari 2015 een verbod in op het gebruik van pesticiden op openbare plaatsen en rond openbare gebouwen

Zowel de stadsdiensten als externe partners zullen er vanaf dan geen pesticiden meer mogen inzetten. De hoeveelheid gebruikte pesticiden was de voorbije jaren al sterk gedaald uit milieuoverwegingen, maar nu zal de stad er dus volledig mee stoppen. Het verbod is deels een gevolg van het decreet dat de Vlaamse overheid begin vorig jaar opstelde. Antwerpen had de hoeveelheid gebruikte pesticiden op openbaar terrein al verminderd van meer dan 800 kilogram in 2000 naar nog amper 13 kilogram vorig jaar. "We zullen in de toekomst allerlei milieuvriendelijke alternatieven hanteren om het openbaar domein van onkruid en ongedierte te verlossen", zegt schepen voor Leefmilieu Nabilla Ait Daoud (N-VA). "Daarnaast zal het groen in de stad ook intensiever beheerd worden." Op de nieuwe regel blijven voorlopig wel nog twee uitzonderingen mogelijk. Enerzijds voor het bestrijden van een wespenplaag of een bruine rattenplaag en anderzijds voor het terugdringen van agressieve invasieve soorten zoals de Japanse duizendknoop.