Zestig jaar lang heb ik de vogels in een studieterrein op het grondgebied van Kortrijk (100 ha) bestudeerd. Er heeft een aanzienlijke vermindering van vele soorten insecten (het best gedocumenteerd voor vlinders, sprinkhanen en meikevers) plaatsgevonden en ook de flora is aanzienlijk verarmd. Er was een algemene vermindering van de avifauna. Het zijn vooral de kleine zangvogels die achteruit gegaan zijn. Het aantal koppels kleine zangvogels is van 494 in 1950 gedaald tot 130 in 2000. De zangvogels vinden simpelweg onvoldoende voeding om hun voortplanting op peil te houden.
Vroeger ben ik in de lente altijd geboeid geweest door het grote ochtendconcert bij het krieken van de dag. Het grote koor van merels en lijsters, geholpen door een massa verschillende stemmen: Wielewaal, Tuinfluiter, Zwartkop, Veldleeuwerik, Spotvogel, Boerenzwaluw en nog zoveel andere. In 2002 luister ik nog af en toe naar het ontwaken van de vogels, maar het is een flauwe herinnering aan de vroegere glorie. Is de stille lente nog niet stil genoeg?
Auteur: Dr. Guy de Bethune, Kortrijk, 02.02.2003 (artikel in de bijlage)
http://vwg.natuurkoepel.be/archief/DeStilleLente.pdf
- Login om te reageren