Insecticides

Jongeren dommer door landbouwgif

Het zenuwgif imidacloprid, dat veel in de land- en tuinbouw wordt gebuikt, tast de ontwikkeling van de hersenen van nog ongeboren kinderen aan. De intelligentie kan daar onder lijden. Wetenschappers leiden dat af uit recent Japans onderzoek. Het gevaar voor het menselijk zenuwstelsel wordt volgens hen ernstig onderschat. De maximale norm moet duizend keer scherper.

Bijenhouders op de barricaden

Niet alleen de tuinders, maar ook de bijenhouders zijn boos over het voornemen om milieuvriendelijke bestrijdingsmiddelen eerst voor veel geld te laten toetsen, terwijl tegelijkertijd chemische bestrijdingsmiddelen wel zijn toegelaten. Bijenhouders roepen iedereen op in de pen te klimmen om Den Haag op andere gedachten te brengen. Zowel het CDA als de Partij voor de Dieren hebben de zaak al aan de kaak gesteld in de Tweede Kamer. Ze vinden dat met de huidige voorstellen de Nederlandse landbouw volledig afhankelijk van gif wordt. De bijen leggen het loodje als vanaf 1 juli alleen nog maar chemische bestrijdingsmiddelen, zoals Imidacloprid, zijn toegestaan. Esther Ouwehand van de PvdD zegt: „Het is onbegrijpelijk dat de overheid de toelating van milieuvriendelijke bestrijdingsmiddelen intrekt. Als we de bij verliezen, verliezen we ons voedsel: Bleker moet opkomen voor boeren, tuinders en burgers die gifvrij willen werken.”

Vragen van Europarlementariër Bas Eickhout et al. aan de Europese Commissie over neonicotinoïden en de gezondheid van honingbijen en de antwoorden van de Commissie van 2 maart 2012

Vraag met verzoek om schriftelijk antwoord E-001297/2012
aan de Commissie
Artikel 117 van het Reglement
Pavel Poc (S&D), Karin Kadenbach (S&D), Kriton Arsenis (S&D), Janusz Wojciechowski (ECR), Kartika Tamara Liotard (GUE/NGL), Nikolaos Chountis (GUE/NGL), Giommaria Uggias (ALDE), Bas Eickhout (Verts/ALE), Sabine Wils (GUE/NGL), Csaba Sándor Tabajdi (S&D), Marisa Matias (GUE/NGL), Andrea Zanoni (ALDE), Sergio Paolo Frances Silvestris (PPE) en Alojz Peterle (PPE)
Betreft: Neonicotinoïden en de gezondheid van honingbijen

Honey bees reared in brood combs containing high levels of pesticide residues exhibit increased susceptibility to Nosema infection

We examined the effects of pesticide residue exposure during development on adult honey bees. Nosema ceranae infections were higher in adult bees reared in high pesticide brood combs. N. ceranae infection occurred at a younger age in adult bees reared in high pesticide brood combs. Pesticide residues in managed bee operations may contribute to Nosema infection and colony loss.

Blootstelling aan neonicotinoiden tijdens de zwangerschap kan de ontwikkeling van de hersenen negatief beinvloeden

Baby ratten die blootgesteld worden aan nicotine tijdens de zwangerschap lopen meer kans op leerproblemen. Blootstelling aan nicotine tijdens de zwangerschap leidt tot een teruggang van volwassen stamcellen en een verandering in de synaptische plasticiteit in de hippocampus van het nageslacht, volgens nieuw onderzoek van de Universiteit van Alabama in Birmingham. Onderzoekers zeggen dat dit een mogelijke oorzaak voor gedragsproblemen kan zijn zoals ADHD (attention-deficit hyperactivity disorder), vaak gezien bij kinderen wiens moeder rookte tijdens de zwangerschap (bijlage). Een recente Japanse studie (bijlage) toont aan dat neonicotinoiden zoals imidacloprid zich bij ratten precies zo gedragen als nicotine. Dezelfde problemen kunnen dus ontstaan bij blootstelling aan neonicotinoiden tijdens de zwangerschap. Neonicotinoïde insecticiden gaan een binding aan met nicotinerge acetylcholine receptoren (nAChRs) die vrijwel onomkeerbaar is omdat deze stoffen door het enzym acetylcholinesterase niet kunnen worden afgebroken. Deze receptoren zijn betrokken bij cognitieve functies zoals concentratie en geheugen en spelen een belangrijke rol bij de ontwikkeling van het zenuwstelsel, die bij de mens grotendeels voor de geboorte plaats vindt. Prenatale blootstelling aan organofosfaat insecticiden, die indirect met nAChRs interfereren door remming van acetylcholinesterase, werd onlangs door verschillende Amerikaanse wetenschappers in verband gebracht met verminderde intelligentie bij 7-jarige schoolkinderen.

Exposure of Honeybees to Particulate Matter Containing Neonicotinoid Insecticides Coming from Corn Coated Seeds

Since seed coating with neonicotinoid insecticides was introduced in the late 1990s, European beekeepers have reported severe colony losses in the period of corn sowing (spring). As a consequence, seed-coating neonicotinoid insecticides that are used worldwide on corn crops have been blamed for honeybee decline. In this paper, a probable but so far underestimated route of environmental exposure of honeybees to and intoxication with neonicotinoid insecticides, namely, the atmospheric emission of particulate matter containing the insecticide by drilling machines, has been quantitatively studied. Experimental results show that the environmental release of particles containing neonicotinoids can produce high exposure levels for bees, with lethal effects compatible with colony losses phenomena observed by beekeepers.

Henk Tennekes dient een klacht in over de literatuurstudie van Blacquiere et al. bij de Raad van Bestuur van Wageningen Universiteit

De toxicoloog Henk Tennekes heeft op 28-02-2012 een klacht ingediend bij de Raad van Bestuur van Wageningen Universiteit. Volgens de Notitie Wetenschappelijke Integriteit (over normen van wetenschappelijk onderzoek) van 2001 moet het selectief weergeven van resultaten, met name het weglaten van ongewenste uitkomsten worden beschouwd als een inbreuk op de wetenschappelijke integriteit (bijlage). Naar zijn oordeel heeft dr. Tjeerd Blacquiere van Plant Research International met een recente publicatie in het tijdschrift Ecotoxicology zich hieraan schuldig gemaakt. De auteurs van dit artikel beweren alle deugdelijke zogenoemde peer reviewed artikelen van de afgelopen 15 jaar te hebben uitgeplozen op aanwijzingen dat met name het gif neonicotine een hoofdrol zou spelen in de bijenkwestie, en komen tot de conclusie dat het verdwijnen van bijenvolken op geen enkele manier samenhangt met het gebruik van neonicotinen in het veld. Naar het oordeel van Tennekes hebben Blacquiere c.s. echter het doel van literatuuronderzoek (een betrouwbaar en volledig overzicht te krijgen van de literatuur die over een bepaald onderwerp is gepubliceerd) flagrant geschonden door een aantal belangwekkende publicaties, die tot nieuwe (en zeer verontrustende) inzichten over de risico's van neonicotinoiden voor insecten en andere geleedpotigen hebben geleid, volkomen te negeren. In de literatuurstudie van Tjeerd Blacquiere et al., die ook aan de Tweede Kamer is aangeboden, wordt vastgesteld dat de NOEL (no-observable-effect-level) voor imidacloprid bij 20 ppb ligt, maar de ontdekking van Tennekes toont aan dat zelfs een 100-voudig geringere concentratie (0, 2 ppb) nog sterfte binnen de levensverwachting van honingbijen veroorzaakt. De werkelijke risico's worden in Blacquiere's literatuurstudie dus schromelijk onderschat.

Bijenexpert Blacquiere et al. hebben in hun literatuuronderzoek belangwekkende publicaties volkomen genegeerd

De Wageningse bijendeskundige dr. Tjeerd Blacquiere en andere Nederlandstalige auteurs hebben onlangs de resultaten van een groot literatuuronderzoek gepubliceerd in het wetenschappelijke tijdschrift Ecotoxicology (bijlage). De auteurs beweren in dit artikel alsmede in het dagblad Trouw van 27-02-2012 alle deugdelijke zogenoemde peer reviewed artikelen van de afgelopen 15 jaar te hebben uitgeplozen op aanwijzingen dat met name het gif neonicotine een hoofdrol zou spelen in de bijenkwestie. Blacquiere wil niets uitsluiten: "In de wetenschap kun je nooit zeggen dat iets onmogelijk is. Maar in al die literatuur die wij hebben geanalyseerd hebben wij geen enkele aanwijzing gevonden dat het gebruik van neonicotinen in het veld samenhangt met het verdwijnen van bijenvolken. In laboratoria is er wel degelijk een effect van deze middelen op bijen gezien. Logisch, zou ik haast zeggen. Het is immers een insecticide. Maar het verdwijnen van bijenvolken hangt op geen enkele manier samen met het gebruik van neonicotinen in het veld", aldus Blacquiere in het dagblad Trouw van 27-02-2012. Staatssecretaris dr. Bleker heeft op 27 maart 2012 een Nederlandstalige versie van de literatuurstudie naar de Voorzitter van de Tweede Kamer gestuurd (bijlage). Volgens de toxicoloog Henk Tennekes hebben Blacquiere c.s. het doel van literatuuronderzoek (een betrouwbaar en volledig overzicht te krijgen van de literatuur die over een bepaald onderwerp is gepubliceerd) flagrant geschonden door een aantal belangwekkende publicaties (bijlage), die tot nieuwe (en zeer verontrustende) inzichten over de risico's van neonicotinoiden voor ongewervelde dieren hebben geleid, volkomen te negeren. In de literatuurstudie van Tjeerd Blacquiere et al., die ook aan de Tweede Kamer is aangeboden, wordt vastgesteld dat de NOEL (no-observable-effect-level) voor imidacloprid bij 20 ppb ligt, maar de ontdekking van Tennekes toont aan dat zelfs een 100-voudig geringere concentratie (0, 2 ppb) nog sterfte binnen de levensverwachting van honingbijen veroorzaakt. De werkelijke risico's worden in Blacquiere's literatuurstudie dus schromelijk onderschat.

Der Einsatz von Pestiziden ist zu einer ernsthaften Bedrohung für viele Seglerarten geworden

Mauersegler (Apus apus) verbringen fast ihr ganzes Leben in der Luft. Neben der Nahrungssuche und dem Trinken meistert er auch das Schlafen, die Gefiederpflege und die Paarung im Flug. Lediglich zur Brut und Jungenaufzucht wird "Bodenkontakt" aufgenommen. Mauersegler fressen nur in der Luft schwebende Insekten und Spinnen. Nur wenige Vögel stehen in so ambivalenten Beziehungen zum Menschen wie die Segler. Mauersegler sind mittlerweile zu 99 Prozent Bewohner menschlicher Siedlungen. Durch Altbausanierungen und die hermetische Abriegelung der Neubauten werden Nistmöglichkeiten für den Koloniebrüter immer knapper. Auch der Einsatz von Insektiziden und Herbiziden ist zu einer ernsthaften Bedrohung für viele Seglerarten geworden. Eine natürliche Gartengestaltung und der Verzicht auf Insektizide kommen dem Mauersegler und zahlreichen anderen Gartenvögeln zugute. An den heimischen Sträuchern und Blumen finden sich viele Insekten, die nicht nur dem Mauersegler als Nahrung dienen. Es ist zu befürchten, dass diese jetzt noch häufigen Vögel, die über Jahrhunderte mit ihren Flugspielen und Rufen die Sommerabende unserer Städte belebten, aus dem Siedlungsbild ebenso unaufhaltsam verschwinden werden, wie sie es einstmals für sich erobert haben.