Staatssecretaris Dijksma: gebruik gewasbeschermingsmiddelen beperken vanwege risico voor bijen

Staatssecretaris Sharon Dijksma van Economische Zaken wil bepaalde toepassingen van gewasbeschermingsmiddelen uit de neonicotinoïdegroep beperken vanwege risico voor bijen. Zij wil die inperking bij voorkeur Europees regelen omdat dat het meest effectief is. Maar als de Europese Commissie niet met maatregelen komt, wil zij dat het College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Ctgb) nationale maatregelen neemt. Dat schrijft ze in een brief aan de Tweede Kamer. De Nederlandse overheid heeft lange tijd, aangestuurd door onderzoek van de WUR, geen maatregelen tegen neonicotinoïden willen treffen. Onderzoekers van de WUR hebben internationale studies naar de schadelijke effecten voor bijen telkens gerelativeerd. Na een studie van de EFSA (de Europese organisatie voor de voedselveiligheid) waaruit blijkt dat er wel degelijk grote risico's zijn voor bijen, heeft nu ook staatssecretaris Dijksma van landbouw laten weten voorstander te zijn van maatregelen. De Europese Voedselveiligheidsautoriteit (EFSA) heeft een herbeoordeling uitgevoerd van de effecten op bijen van 3 werkzame stoffen uit de neonicotinoïdegroep. De EFSA concludeert dat een hoog risico voor bijen bij toepassing op sommige gewassen is geïdentificeerd of niet kan worden uitgesloten. Dit geldt voor 2 Nederlandse toepassingen voor gebruik bij maïs. Het Ctgb adviseert de staatssecretaris op die 2 toepassingen er bij de Europese Commissie op aan te dringen actie te ondernemen en datzelfde te doen voor toepassing bij erwten. In een reactie schrijft de toxicoloog Henk Tennekes niet te kunnen begrijpen waarom de staatssecretaris het Leidse voorstel niet heeft overgenomen om het gebruik van imidacloprid te verbieden in sterk vervuilde regio's (Delfland, Rijnland, Bommelerwaard, de kop van Noord-Holland en in zuidoost-Drenthe).

Voor alle beoordeelde werkzame stoffen is volgens het EFSA rapport sprake van onvoldoende gegevens om het risico voor bijen goed te kunnen beoordelen. De belangrijkste reden voor dit gebrek aan gegevens is, dat de EFSA nu beoordeeld heeft op basis van een nieuw toetsingskader. Voor 19 toepassingen van deze middelen in Nederland valt daarom niet vast te stellen of de risico’s voor bijen aanvaardbaar of onaanvaardbaar zijn. Het Ctgb is van oordeel dat voor deze toepassingen er vooralsnog geen reden is tot maatregelen. Staatssecretaris Dijksma heeft het Ctgb opdracht gegeven voor deze toepassingen op basis van de huidige kennis te naar de risico’s te kijken. Ze wacht deze quickscan af. Daarnaast dringt staatssecretaris Dijksma erop aan dat de ontbrekende gegevens zo snel mogelijk worden opgeleverd zodat op basis daarvan eventuele aanvullende maatregelen kunnen worden genomen.

Bronnen:
Rijksoverheid, 22-01-2013
http://www.rijksoverheid.nl/ministeries/ez/nieuws/2013/01/22/gebruik-ge…
De Levende Have, 01/02/2013
http://www.levendehave.nl/nieuws/eu-bereidt-verbod-neonicotino-den

Henk Tennekes

wo, 23/01/2013 - 05:18

In 2008 is in 40% van alle metingen van imidacloprid in het oppervlaktewater van het bloembollenteelt areaal een overschrijding gevonden, veruit het hoogste percentage sinds de start van de metingen in 2001. Overschrijdingen vinden vooral plaats in het ‘Noord-Hollands Zandgebied’ (57% van de metingen) en ‘Noord-Hollands Kleigebied’ (56%), beide in het gebied van het Hoogheemraadschap Hollands Noorder Kwartier (HHNK). Dit zijn de gebieden met het grootste areaal tulp, waarin het middel veel wordt ingezet. In de meetperiode 2003-2004 is imidacloprid voor het eerst in het meetnet bollenteelt normoverschrijdend aangetroffen. De hoogste gemeten concentratie van het voor bijen zeer giftige insecticide imidacloprid lag in 2005 meer dan 24000x boven de norm en in 2006 meer dan 15000x boven de norm. De bollenteelt concentreert zich in Nederland op zandgrond, dat zeer kwetsbaar is voor uitspoeling. Onderzoekers van de Universiteit Leiden hebben onlangs een langjarig landelijk overzicht van de waterkwaliteit gepubliceerd. In het westen van Nederland is het oppervlaktewater sterk verontreinigd. Het gaat om de regio's Delfland, Rijnland en Bommelerwaard, waar de intensieve bollen- en bloementeelt grote hoeveelheden chemicaliën gebruikt. Gemiddeld verspreiden boeren zeven kilo chemicaliën over een hectare, in de bloembollenteelt is dat 42 kilo en in de bloementeelt 32 kilo. Ook in kleinere regio's zoals in de kop van Noord-Holland en in zuidoost-Drenthe is het water sterk vervuild door bestrijdingsmiddelen. In deze regio's is volgens de onderzoekers een tijdelijk spuitverbod nodig, zodat de sloten en binnenwateren zich kunnen herstellen.
Bron: deze website