De akkerbouw op hogere zandgronden veroorzaakt normoverschrijdingen van bestrijdingsmiddelen in grond- en oppervlaktewater

De normen voor bestrijdingsmiddelen in grond- en oppervlaktewater worden in Overijssel vaak overschreden (32% van de metingen in het grondwater en 40% van de metingen in oppervlaktewater). De belangrijkste overschrijdingen in het grondwater worden aangetroffen in de (hogergelegen) zandgronden. De belangrijkste probleemteelten voor uitspoeling naar het grondwater zijn uien, lelies, wintertarwe, suikerbieten, consumptieaardappelen en zetmeelaardappelen. Akkerbouwgebieden op bodems met een laag organisch stof gehalte zijn gevoelig voor uitspoeling van bestrijdingsmiddelen.

Bron: Provincie Overijssel, 21 juni 2012
http://www.overijssel.nl/overijssel/cijfers-kaarten/overijssels-feit/ni…
Gegevens over het voorkomen van bestrijdingsmiddelen in oppervlaktewater van de 11 noordoostelijke waterschappen uit de regio’s Rijn-Oost, Rijn-Midden, Rijn-Noord en Eemsgebied zijn sinds kort beschikbaar. Uit deze gegevens valt af te leiden dat bestrijdingsmiddelen in de aardappelteelt ernstige milieuverontreiniging veroorzaken, die een dodelijke bedreiging voor niet-doelwit arthropoden vormt:
- Dimethoaat (Flevopolders, Noord-Friesland en Overijssel/Drenthe): vooral in het zomerhalfjaar normoverschrijdend in het oppervlaktewater aangetroffen. Gevaarlijk voor bijen, hommels en niet-doelwit arthropoden;
- Axystrobin wordt op alle meetpunten in Noord-Frysland en Noord-Groningen in normoverschrijdende concentraties aangetroffen. Daarnaast wordt de stof ook frequent aangetroffen in Drenthe, Noordoost-Overijssel en Flevoland, waarvan ook enkele normoverschrijdingen. Behalve in het zomerhalfjaar wordt azoxystrobin ook in het najaar in oppervlaktewater aangetroffen.In de afgelopen jaren is onderzoek naar het voorkomen van axystrobin toegenomen. Op circa 40% tot 50% van de meetpunten is de stof aantoonbaar aanwezig. Dat axystrobin vanaf 2007 vaker wordt aangetoond komt ondermeer door de verbeterde (lagere) detectiegrenzen. Volgens de bestrijdingsmiddelenatlas zijn normoverschrijdingen van Axystrobin in 2009 ook gemeten in de Hoeksche Waard. Toxisch voor waterorganismen, in het bijzonder ongewervelde zeedieren;
- Ethyleentioureum ETU (Metaboliet van zineb, maneb en mancozeb) wordt in een beperkt aantal gebieden gemonitord. Plaatselijk is sprake van normoverschrijdingen. Als ETU meetbaar wordt gemeten is er direct sprake van een normoverschrijding. ETU is verspreid over het jaar aangetroffen (februari – september). Mogelijk kankerverwekkend, maneb is zeer giftig voor vissen;
- Linuron wordt wijd verbreid in oppervlaktewater aangetroffen. Op zes meetpunten zijn normoverschrijdende concentraties gemeten (Noordoostpolder, Noord-Friesland, Zuidwest-Drenthe en Noordoost-Overijssel). Linuron wordt hoofdzakelijk in het zomerhalfjaar in oppervlaktewater aangetroffen. Echter ook in het vroege voorjaar (medio maart) en najaar (t/m december) is linuron aangetoond. Linuron is de afgelopen jaren op een toenemend aantal meetpunten in oppervlaktewater aangetroffen, vooral in 2009 is een stijging te zien. Volgens de bestrijdingsmiddelenatlas zijn normoverschrijdingen van Linuron in 2007 ook gemeten in de Hoeksche Waard. Zeer toxisch voor waterorganismen;
- Carbendazim wordt wijd verspreid gedurende het hele jaar in oppervlaktewater aangetroffen. Op twee meetpunten (Flevopolders en Zuidoost-Drenthe) zijn tevens normoverschrijdende concentraties gemeten.Volgens de bestrijdingsmiddelenatlas zijn normoverschrijdingen van carbendazim sinds 2005 ook gemeten in de Hoeksche Waard en op Goeree-Overflakkee;
- Metribuzin wordt vooral in Flevoland, Drenthe en Noord-Friesland gedurende het teeltseizoen in toenemende mate normoverschrijdend in het oppervlaktewater aangetroffen. Zeer toxisch voor groene algen en waterplanten. Volgens de bestrijdingsmiddelenatlas zijn normoverschrijdingen van metribuzin sinds 2001 ook gemeten in de Hoeksche Waard en op Goeree-Overflakkee;
- Imidacloprid is vooral in Flevoland, Noord-Friesland, Zuidoost-Drenthe in oppervlaktewater aangetoond, waarvan deels in normoverschrijdende concentraties. Imidacloprid wordt vooral in het zomerhalfjaar in het oppervlaktewater aangetroffen, maar ook in het winterhalfjaar komt de stof aantoonbaar voor. Zeer acuut toxisch voor bijen en andere geleedpotigen. Uit een recent RIVM rapport blijkt dat in de aardappelteelt de hoeveelheid imidacloprid die in het oppervlaktewater terecht komt vooral bepaald wordt door de strikt noodzakelijke drainage (ontwatering). Drainage of ontwatering is het afvoeren van water uit de bodem over en door de grond, met als gevolg het verlagen van het grondwaterpeil. Hierbij kan het water worden afgevoerd via drains, kleine sloten of greppels. Via deze waterafvoermiddelen stroomt het water naar grotere watergangen, die de functie van afwatering hebben.
Bron:
http://www.boerenlandvogels.nl/content/bestrijdingsmiddelen-de-aardappe…