Als broedvogel gaat het de wintertaling niet voor de wind - de aantallen namen de laatste decennia steeds verder af

De biotoop van de Wintertaling Anas crecca bestaat uit allerlei ondiepe, zowel zoete als zoute wateren. Tijdens en direct na de broedtijd concentreert de soort zich in de Biesbosch, de Dollard en zuidelijk Flevoland om te ruien. In augustus nemen de aantallen vooral in het Waddengebied, het Lauwersmeer, de Dollard en in zuidelijk Flevoland sterk toe. Het voedsel van de Wintertaling verschilt naar plaats en seizoen: in herfst en winter voornamelijk zaden van waterplanten, ’s zomers meer dierlijk voedsel (slakken, insectenlarven, waterkevers, garnaaltjes, wormen). Als broedvogel gaat het de soort niet voor de wind; de aantallen namen de laatste decennia steeds verder af. In 1990 was er in de meeste gebieden in Nederland een sterke afname van rond de 50% ten opzichte van de periode 1968-1977. Volgens SOVON is er sindsdien nog steeds sprake van een verder gaande en significante afname van <5% per jaar. Rond 2007 broedden er nog ongeveer 2250 paar in Nederland. Ook in veel andere delen van Europa ging de Wintertaling in de jaren 1990 achteruit (gegevens Birdlife International, zie bijlage).

Bronnen:
http://www.soortenbank.nl/soorten.php?soortengroep=vogels&menuentry=soo…
http://www.aviflevoland.nl/html/Wintertaling.html
http://nl.wikipedia.org/wiki/Wintertaling
http://www.sovon.nl/soorten.asp?euring=1840&lang=nl
http://www.vogelbescherming.nl/vogels_kijken/vogelgids/zoekresultaat/de…
http://www.synbiosys.alterra.nl/natura2000/documenten/profielen/vogels/…