Neurotoxische pesticiden zijn schadelijk voor ongeboren kinderen. Ze verstoren de ontwikkeling van het brein

Chloorpyrifos is in de Europese Unie toegelaten als actief bestanddeel in bestrijdingsmiddelen. Het wordt door verschillende producenten verkocht (er rust geen octrooibescherming meer op de stof). Chloorpyrifos wordt vooral gebruikt bij de teelt van koolsoorten (Brassica), maar ook van asperge, prei, sierplanten, in boomkwekerij en teelaarde (potgrond). Het wordt in de bodem ingewerkt of aan de voet van de planten gegoten en werkt tegen aardrupsen, engerlingen (larven van de meikever), ritnaalden (kniptor) en emelten (langpootmuggen). Chloorpyrifos werkt echter niet selectief. Chloorpyrifos is acuut toxisch voor zoogdieren (ratten), vogels, vissen en bijen. Zoals vele andere organofosforverbindingen is het een acetylcholinesteraseremmer, dat schadelijke effecten op het zenuwstelsel veroorzaakt. Nu blijkt chloorpyrifos ook zeer giftig voor de mens te zijn. Die ontdekking deden onderzoekers van de Columbia Universiteit in New York. Ze onderzochten kinderen, wiens moeders tijdens de zwangerschap relatief veel chloorpyrifos binnenkregen. Het bleek dat deze kinderen een andere hersenstructuur hebben dan kinderen die het middel niet binnenkregen. Vooral de gebieden die emotie, impulscontrole en concentratie regelen, waren kleiner dan bij een normaal kind behoort te zijn. Volgens de onderzoekers is de uitkomst van hun studie ‘verontrustend’, vooral omdat chloorpyrifos op zo’n grote schaal wordt gebruikt.

De schadelijke gevolgen van langdurig contact met bestrijdingsmiddelen zijn bijna niet meer aan te tonen

Aan het gebruik van pesticiden zijn heel wat risico's verbonden. Pesticiden zijn immers chemische producten die bewust in ons leefmilieu gebracht worden om ongewenste planten of dieren te doden. Zelfs in lage dosissen kunnen ze schade veroorzaken. Bovendien kunnen ze elkaars schadelijke werking versterken. Restanten van bestrijdingsmiddelen in voedingsmiddelen - waarvan de impact op de gezondheid het meest gevreesd wordt - zijn te laag in hoeveelheid om tot een onmiddellijke vergiftiging van de consument te kunnen leiden. Terwijl een acute vergiftiging weinig problemen stelt, houdt langdurig contact met bestrijdingsmiddelen meer gevaren in. Omdat tussen het in contact komen met bestrijdingsmiddelen en het later ontstaan van ziekte vaak meerdere jaren liggen, is het moeilijk om een duidelijk beeld te krijgen van deze gezondheidseffecten. Bovendien is het door de wijde verspreiding van bestrijdingsmiddelen moeilijk om vergelijkend wetenschappelijk onderzoek te doen. Gebieden waar geen verontreiniging is door bestrijdingsmiddelen, komen immers bijna niet meer voor.

In de Kop van Noord-Holland overlijden meer mensen als gevolg van dementie en ziekten van het zenuwstelsel dan landelijk

Naar schatting hebben bijna 300.000 inwoners van 12 jaar en ouder in Noord-Holland Noord één of meer chronische aandoeningen (46%). Naarmate de leeftijd hoger wordt, stijgt dit percentage van 39% onder jongeren van 12-19 jaar naar 81% onder 65-plussers. De meest (zelf) gerapporteerde aandoeningen onder jongeren zijn allergieën (32%), gevolgd door migraine (14%) en astma, bronchitis of COPD (11%). Er overlijden in Noord-Holland Noord meer mensen als gevolg van dementie en ziekten van het zenuwstelsel dan landelijk. Van de inwoners ouder dan 65 jaar in Noord-Holland Noord heeft 29% een matig risico op een angststoornis of depressie en 2% een hoog risico. Van de inwoners ouder dan 12 jaar in Noord-Holland Noord is bijna één op de zeven (15%) psychisch ongezond. Jongeren ervaren meer psychische klachten (17,5%) dan volwassenen en ouderen (beide 14%). Het meest ervaren psychosociale probleem is hyperactiviteit; 26% van de jongeren in Noord-Holland Noord heeft daar last van. De diagnose ADHD is bij 2,1% van de kinderen van 4-12 jaar en bij 5,3% van de jongeren van 12-19 jaar in Noord-Holland Noord vastgesteld. In Noord-Holland Noord heeft 19% van de jongeren van 12-19 jaar en 3,9% van de inwoners ouder dan 65 jaar in het afgelopen jaar wel eens serieus nagedacht over zelfdoding.

Plattelandskinderen in Frankrijk worden blootgesteld aan gevaarlijke pesticiden

Op verzoek van ongeruste ouders liet de Franse organisatie Générations Futures haarstalen onderzoeken van dertig kinderen die tussen 50 en 200 meter van landbouwzones wonen of er naar school gaan. De haarstalen werden opgestuurd naar een onafhankelijk laboratorium in Luxemburg, waar ze onderzocht werden op sporen van schadelijke stoffen. Het laboratorium bevestigde de vrees van de ouders: op de stalen werden in totaal 624 sporen gevonden van 53 soorten pesticiden. Elk kind was gemiddeld aan 21,5 soorten pesticiden blootgesteld, voor 80 procent van de kinderen gebeurde dat zelfs in de laatste drie maanden nog. Van de 53 soorten pesticiden die werden gevonden, is bekend dat ze het hormoonsysteem kunnen verstoren, kankerverwekkend zijn of geboorteafwijkingen kunnen veroorzaken. Dertien pesticiden kwamen in alle onderzochte haarstalen voor.

De fazant heeft geen schijn van kans meer in landbouwgebieden door zaaigoed behandeling met insecticiden

De fazant (Phasianus colchicus) kan ons op veel verschillende manieren bekoren: als spectaculair fraaie verschijning in de natuur, als aantrekkelijke jachtvogel en als leverancier van het basismateriaal voor het hoogste culinaire genieten. In delen van Europa staat de stand van de fazanten onder druk, ook in Nederland is deze trend duidelijk waarneembaar. In de eerste levensweken zijn fazanten aangewezen op dierlijk eiwitrijk voedsel, dat veelal nabij poelen en slootjes is te vinden. De volwassen dieren eten naast allerlei plantaardig voedsel (zaden en delen van planten) ook allerlei dierlijk materiaal, zoals wormen en slakjes. Ook daarvoor kom je in een vochtige omgeving terecht. Vooral in landbouwgebieden waar veel granen en maïs staan die regelmatig worden gespoten tegen insecten en schimmels is de fazanten stand drastisch afgenomen. Het gecombineerd gebruik van bestrijdingsmiddelen kan funest zijn voor de overleving van de kuikens. Zeker als het zaaigoed al behandeld wordt met anti-insecten middelen.

De grondontsmetter metam-natrium wordt per direct verboden

Staatssecretaris Dijksma schrijft in een brief aan de Tweede Kamer dat ze dit besloten heeft na onderzoek van het College voor de Toelating van Gewasbeschermingsmiddelen en Biociden (CTGB). Het CTGB waarschuwt dat omwonenden, kinderen en agrariërs bij het gebruik van het middel mogelijk gezondheidsrisico's lopen. Het middel wordt gebruikt om bepaalde schadelijke wormen, aaltjes, in de grond te bestrijden. Metam-natrium wordt bijvoorbeeld gebruikt bij het telen van aardappelen, bollen en aardbeien. Aanleiding voor het onderzoek zijn de klachten van omwonenden in de buurt van de landbouwbedrijven. Die hebben last van ademhalingsproblemen, prikkelende ogen en huiduitslag. Het gebruik van grondontsmettingsmiddelen met metam-natrium is al verboden in de Europese Unie, maar in een aantal landen waaronder Nederland, gold nog een vrijstelling. Metam-natrium wordt op grote schaal toegepast in de land- en tuinbouw. In 2012 werd het middel op meer dan 5603 hectare landbouwgrond gebruikt. Dat is vergelijkbaar met ongeveer 10.000 voetbalvelden.

Bollenboos tijdens KNPV debat over pesticiden in Wageningen: waarom zijn de risico's voor omwonenden nooit onderzocht?

Woensdagmiddag 21 mei 2014 organiseerde de werkgroep Gewasbescherming en Maatschappelijk Debat van de Koninklijke Nederlandse Plantenziektekundige Vereniging (KNPV) een debat met als thema Gewasbescherming en omwonenden: wie, of wat bepaalt? Onder leiding van Felix Rottenberg gingen belanghebbende partijen met elkaar in discussie gaan. De discussie werd ingeleid door Fred Woudenberg, voorzitter van de Gezondheidsraad-commissie ‘Gewasbescherming en omwonenden’. Daarna gaven omwonenden (Stichting Bollenboos), de gewasbeschermingsmiddelenindustrie (Nefyto), boeren en tuinders (LTO-Nederland) en de milieubeweging (Greenpeace) kort hun visie op het thema. Bijgevoegd de bijdrage van Bollenboos.

Frankrijk wil een verbod op het spuiten met pesticiden binnen 200 meter van scholen

Als het ligt aan Ségolène Royal, de Franse minister van Ecologie, Duurzame Ontwikkeling en Energie, dan komt er een verbod op het spuiten met pesticiden binnen 200 meter van scholen. Dat blijkt uit berichtgeving op Pleinchamp. Nadat in januari dit jaar werd besloten vanaf 2020 een verbod in te stellen op bestrijdingsmiddelen in openbaar groen, komt er meteen nog een verbod achteraan. Binnenkort kondigt zij samen met haar collega, de minister van landbouw Stephane Le Foll, een verbod aan op het spuiten van bestrijdingsmiddelen binnen 200 meter van scholen. Het verbod op openbaar groen betekent dat er niet meer mag worden gespoten in de groene ruimte, op promenades en in bossen. De wet wordt mogelijk uitgebreid, maar snelwegen, sportparken en begraafplaatsen worden er niet door beïnvloed. Royal loopt met het verbod op spuiten rondom scholen vooruit op haar idee om niet te lang te wachten met het instellen van een verbod op gewasbeschermingsmiddelen en pesticiden in steden en dorpen.

Het Hof van Twello is een voortrekker van betaalbare biologische landbouw in Nederland

Hof van Twello probeert met gratis grond, gratis mest en de verkoop van producten uit de moestuin biologische groenten goedkoper te krijgen. Zo'n 40 mensen hebben inmiddels van eigenaar Gert Jan Jansen uit Twello een stuk grond gekregen waar ze groenten op kunnen verbouwen. De helft van de groente,die ze verbouwen, wordt verkocht in de streekproductenwinkel van Hof van Twello. De tuinders krijgen de helft van de verkoopopbrengst van de groenten. Om te voorkomen dat er tientallen kroppen sla in de winkel liggen en bijna geen bieten, moeten de tuinders zich houden aan een teelplan. "Een win-win situatie voor beide partijen", aldus de eigenaar. Het systeem is gebaseerd op de oude meentes. Meentes waren ooit gemeenschappelijk gebruikte grond, meestal in eigendom van een grootgrondbezitter. Burgers mochten er hun koeien op laten grazen of voedsel telen. In ruil daarvoor moesten ze bijvoorbeeld sloten of wegen onderhouden.

Twintig jaren van controverse over het insecticide imidacloprid

In 1994 werd in Frankrijk het nieuwe insecticide Gaucho® met imidacloprid als het werkzame bestanddeel voor het eerst toegepast in de zonnebloemteelt en direct waren er meldingen van bijensterfte. Op grond van het voorzorgsbeginsel werd in 1999 een tijdelijk verbod ingesteld op het gebruik van Gaucho® voor de behandeling van zonnebloemzaad en vijf jaar later voor de behandeling van maïszaad. In de Franse casus hebben conflicterende belangen en inadequate risicobeoordelingsprotocollen tot een controverse geleid over de kwaliteit en toepassing van kennis voor risicobeoordeling en -beheersing.