De weidevogels verdwijnen uit Salland en Twente
Van de aantallen weidevogels in Overijssel uit 1994 is nog maar 55% over. Eerst waren het vooral de Grutto Limosa limosa en de Veldleeuwerik Alauda arvensis die met steeds minder paren tot broeden kwamen. De laatste jaren gaat het ook slecht met de Scholekster Haematopus ostralegus en de Kievit Vanellus vanellus. In verschillende delen van Salland en Twente zijn ze nu vrijwel verdwenen. Maar ook in sommige polders in West-Overijssel kan sprake zijn van een sterke achteruitgang.
De Kievit is nog steeds de meeste voorkomende weidevogel, gevolgd door de Grutto. De Scholekster en de Wulp Numenius arquata komen duidelijk minder algemeen. De neerwaartse trend voor de Veldleeuwerik zet door. Ook de Tureluur Tringa totanus gaat verder achteruit. Voor twee kleine, minder opvallende soorten van het open landschap, de Graspieper Anthus pratensis en de Gele kwikstaart Motacilla flava, geldt dat de aantallen constant blijven of iets toenemen.