General

Tussen 1970 en 2010 zijn de zoogdier-, vogel-, amfibie-, reptiel- en vispopulaties wereldwijd met 52 procent gekrompen

Met name in arme landen is de biodiversiteit sterk afgenomen. Dat blijkt uit onderzoek van het Wereldnatuurfonds. Het Wereldnatuurfonds presenteert de onderzoeksresultaten in het ‘2014 Living Planet Report‘. Het rapport – dat elke twee jaar verschijnt – richt zich op drie gebieden: de populaties van meer dan tienduizend gewervelde soorten, de menselijke ecologische voetafdruk (consumptie van goederen, productie van broeikasgassen) en de bestaande biocapaciteit (de natuurlijke bronnen die we gebruiken om onder meer drinkwater en voedsel te produceren). “Er is heel veel data te vinden in dit rapport en dat kan overweldigend en complex lijken,” erkent Jon Hoekstra, werkzaam bij WWF. “Wat niet gecompliceerd is, zijn de duidelijke trends die we zien: 39 procent van de wilde dieren op het land is verdween, 39 procent van de wilde dieren in het water is verdwenen, 76 procent van de wilde dieren in zoet water is verdwenen en dat allemaal in de afgelopen veertig jaar.”

Once-common marine birds are disappearing from the coast of Washington and British Columbia

From white-winged scoters and surf scoters to long-tailed ducks, murres, loons and some seagulls, the number of everyday marine birds here has plummeted dramatically in recent decades. The reasons are often complex, but for many the loss of forage fish like herring might hold a clue. Bird surveys done by plane are tracking a significant ecological shift — a major decline in once-abundant marine birds. Scoters are down more than 75 percent from what they were in the late 1970s. Murres have dropped even more. Western grebes have mostly vanished, falling from several hundred thousand birds to about 20,000. Several new studies link many dwindling marine bird populations to what they eat — especially herring, anchovies, sand lance and surf smelt, the tiny swimmers often dubbed forage fish.

Fischbestand im Doubs ist seit Jahren rückläufig

Urs Dublin blickt auf den Doubs und runzelt die Stirn. Durch den Kopf geht ihm «nichts Gutes». Sein Zustand bereitet ihm Sorgen. Und mit ihm vielen anderen Anglern, etwa der «Société des pêcheurs à la ligne du Doubs». Aber auch den vielen Naturliebhabern, die sich dafür einsetzen, dass zum Doubs, einem der naturbelassensten Flüsse Europas, Sorge getragen wird. Dies zu Recht. Denn das Ökosystem des Flusses wird gleich von mehreren Seiten her beeinträchtigt: Durch variable, schnell ändernde Pegelstände des Wassers sowie durch um sich greifende Krankheiten wie den Saprolegnia-Pilz. Aber auch Gewässerverschmutzungen und Mikro-Verunreinigungen tragen das ihre dazu bei. «Wenn es so weitergeht», so schreibt der ortsansässige Anglerverein, «werden unsere Flussbewohner in nicht allzu weiter Zukunft nur noch eine ferne Erinnerung sein, und unsere Kinder werden Fische aus den Büchern und von den Angelfotos ihrer Eltern kennen.»

US-Behörde verbietet bienengefährliche Neonicotinoide

Der US Government Fish and Wildlife Service hat soeben für alle Naturschutzgebiete im Zuständigkeitsbereich der Behörde ein Verbot von GV-Pflanzen und Neonicotinoide ausgesprochen. Es ist die erste derartige Entscheidung einer staatlichen Behörde der USA. Die im Jahr 1940 ins Leben gerufene Behörde ist für über 560 Naturschutzgebiete und Tausende anderer besonders geschützter Gebiete mit einer Gesamtfläche von rund 60 Millionen Hektar in den USA zuständig. Außerdem betreibt sie 70 Fischbrutbetriebe und unterhält 65 Büros für Fischereiressourcen. »Wir haben entschieden, dass der prophylaktische Einsatz, beispielsweise die Behandlung des Saatguts mit Neonicotinoiden, die sich systemisch in der Pflanze verteilen und ein breites Spektrum von Nicht-Zielarten beeinträchtigen können, mit der Politik des Service nicht vereinbar ist«, schrieb James Kurth, der Chef des National Wildlife Refuge System, am 17. Juli in einem Memorandum. Das landesweite Verbot der Neonicotinoide folgt auf Verbote der Behörde in den Bundesstaaten Washington, Oregon, Idaho, Hawaii und den Pazifikinseln.

Michiel van Geelen (Greenpeace): Imidacloprid debacle toont symptomen van falend beleid

Onlangs verscheen de zoveelste studie waaruit blijkt dat het gebruik van toegelaten, en dus veilig bevonden, bestrijdingsmiddelen toch schadelijke effecten heeft. Al in 2010 ontdekte de Nederlandse toxicoloog Henk Tennekes dat neonicotinoïden zoals het veel gebruikte imidacloprid bij langere blootstelling letale effecten kunnen veroorzaken bij lage concentraties. Hij waarschuwt sindsdien voor de ernstige achteruitgang van vele soorten insecten en andere ongewervelden en de indirecte effecten hiervan op andere diersoorten. De voorspellingen van Tennekes werden bevestigd door een mei vorig jaar verschenen studie van de Universiteit van Utrecht, waaruit een sterk verband bleek tussen de normoverschrijding van imidacloprid in het oppervlaktewater en de verminderde aanwezigheid van aquatische insecten zoals libellen, waterjuffers en eendagsvliegen. Het meest recente onderzoek werd uitgevoerd door de Radboud universiteit en gepubliceerd in het wetenschappelijke tijdschrift Nature, en liet een sterke correlatie zien tussen de concentratie imidacloprid in oppervlaktewater en de achteruitgang van de vogelstand. Volgens Greenpeace gaat het hierbij niet om incidenten maar om symptomen van een falend toelatingsbeleid. Keer op keer blijkt men de risico’s van pesticiden voor mens en natuur te onderschatten, terwijl het risicobeperkende effect van steeds complexere gebruiksvoorschriften juist wordt overschat. Dit wijst op structurele tekortkomingen van de huidige procedures voor risicoanalyse en toelating van bestrijdingsmiddelen.

Während der letzten Jahrzehnte ist die Zahl der wirbellosen Tiere stark zurückgegangen. Das hat auch Folgen für die Menschheit

Während der letzten 35 Jahre ging nicht nur die Zahl großer Wirbeltiere zurück, auch Insekten und andere Wirbellose mussten vielfach Bestandseinbrüche hinnehmen: Mehr als zwei Drittel der von Biologen beobachteten Bestände an Käfern, Bienen, Muscheln oder Spinnen schrumpften durchschnittlich um knapp die Hälfte. Deutlich mehr Insektenarten in so wichtigen Gruppen wie den Bestäubern zeigten Einbußen, nur wenige Populationen würden wachsen, warnen Biologen um Ben Collen vom University College in London. Allein in Großbritannien beispielsweise – wo ein ausführliches Monitoring auch mit Bürgerbeteiligung abläuft – verschwanden 30 bis 60 Prozent aller Käfer-, Bienen-, Wespen- und Schmetterlingsbestände; dagegen verzeichnen oft so genannte landwirtschaftliche Schädlingen Zuwächse.

Na vijf jaar alarm slaan krijgt Henk Tennekes gelijk

Henk Tennekes (63) was werkzaam in het kankeronderzoek. Vijf jaar geleden ontdekte hij dat de neonics op insecten effecten hebben die vergelijkbaar zijn met kankerverwekkende stoffen. Hij publiceerde in wetenschappelijke bladen over zijn bevindingen. "Mijn conclusie was dat er geen veilige ondergrens is voor deze klasse van insecticiden, iedere blootstelling is te hoog. Ik heb toen al mijn bezorgdheid geuit over het risico van een breuk in de voedselketen. De pest is dat 90 procent van deze moeilijk afbreekbare middelen in het milieu komt, in het oppervlaktewater. Dat hebben de waterschappen inmiddels ook kunnen vaststellen. Van dat water leven vissen, vogels, vleermuizen, egels, amfibieën, reptielen, noem maar op. Als de vogels uit het boerenland verdwijnen, dan dondert op enig moment die hele voedselketen in elkaar. Ik waarschuw daar al jaren voor." Hij schreef een boek in 2010 over de gevaren van de neonicotoïden met de veelzeggende titel 'A disaster in the making', een naderende ramp. Nijmeegse biologen publiceerden in 2014 een onderzoek waaruit blijkt dat de 'neonics', zoals ze kortweg worden aangeduid, niet alleen schadelijk zijn voor bijen en hommels, maar ook voor de veldleeuwerik, de kleine karekiet, de gele kwikstaart en nog wat vogelsoorten. De eerste die het boek van Tennekes lovend besprak was de Rachel Carson Council, opgericht ter nagedachtenis van de Amerikaanse biologe Rachel Carson, die ruim een halve eeuw geleden 'Silent Spring' publiceerde.

De ecosystemen die het leven op aarde dragen gaan naar de knoppen door de neonicotinoiden

Vier jaar lang heeft de zogenaamde Task Force on Systemic Pesticides op vraag van de International Union for the Conservation of Nature (IUCN) de gevolgen van het gebruik van de nieuwe generatie van pesticiden onderzocht. Die expertengroep bestaande uit een dertigtal wetenschappers uit vijftien landen, heeft ruim achthonderd collegiaal getoetste wetenschappelijke studies doorgenomen en hun conclusies samengebracht in een Worldwide Integrated Assessment (WIA). Die wereldwijde integrale beoordeling besluit dat de zogenaamde systemische pesticiden niet alleen een ernstig gevaar vormen voor bestuivende insecten, maar ook voor talloze ongewervelde bodemdieren, zoals regenwormen en mijten, en evengoed voor gewervelde dieren zoals vogels.

De apocalypse staat voor de deur en bijna niemand heeft het in de gaten, in Den Haag al helemaal niet

Pesticiden worden te vaak en te overvloedig gebruikt, met nefaste effecten op bijen, vlinders, het milieu in het algemeen en dus ook de mens. "Ze worden te vaak en te overvloedig gebruikt, dit moet stoppen", aldus wetenschappers. Een klein beetje goed nieuws toch: in de Europese Unie zijn enkele van deze pesticiden al verboden of aan banden gelegd. Pesticiden wordt door landbouwers gebruikt om schadelijke dieren van hun gewassen weg te houden en zo de oogst te redden. Klinkt niet onlogisch, maar in realiteit heeft die gewoonte schadelijke gevolgen. In twee studies op twee dagen worden pesticiden met de vinger gewezen: voor de link met autisme en voor de link met bijensterfte en een bedreiging van de biodiversiteit in het algemeen.

Bijen, wormen en vogels lijden onder pesticide

De pesticiden neonicotinoïden (neonics) en fipronil vormen een ernstig gevaar voor honingbijen en andere bestuivers zoals vlinders, maar ook regenwormen en vogels lijden eronder. Dat concludeert een groep wetenschappers uit een analyse van alle beschikbare studies, zo’n 800. Hun bevindingen verschijnen weldra in het wetenschappelijk tijdschrift Environmental Science and Pollution Research. Neonicotinoïden zijn stoffen die inwerken op het zenuwstelsel. Blootstelling aan deze stoffen kan onmiddellijk dodelijk zijn maar ook langdurige gevolgen hebben. Een van de hoofdauteurs, Jean-Marc Bonmatin van het Franse Centre National de la Recherche Scientifique noemt de bewijzen ‘zeer duidelijk’. De wetenschappers vinden drastische maatregelen om het gebruik van deze middelen terug te schroeven daarom noodzakelijk.