Beleid en debat

Mauersegler weiter im Abwind

Bei der Stunde der Gartenvögel 2013 wurden in Hessen knapp 65.000 Vögel in über 1750 Gärten beobachtet. Insgesamt beteiligten sich über 2.700 hessische Vogelfreunde an der großen Zählaktion des NABU und übertrafen das Vorjahres-Ergebnis um 5000 Vögel. Besorgniserregend ist der weitere Rückgang der Mauersegler (Apus apus): In den letzten fünf Jahren nahmen die Mauersegler-Sichtungen kontinuierlich von durchschnittlich 2,62 auf 1,64 Vögel pro Garten ab.

Subsidies die met nestbescherming, uitgesteld maaien en andere maatregelen de weidevogels proberen te beschermen zijn weggegooid geld

Staatssecretaris Sharon Dijksma (economische zaken) wil stoppen met subsidies voor agrarisch natuurbeheer. “Onacceptabel duur”, zegt ze vrijdag in een interview met dagblad Trouw. De uitspraken van Dijksma volgen op een advies van de Raad voor leefomgeving en infrastructuur (Rli). De raad noemt agrarisch natuurbeheer in het recent verschenen rapport ‘Beperkt houdbaar’ zelfs een fiasco. Subsidies die met nestbescherming, uitgesteld maaien en andere maatregelen de weidevogels proberen te beschermen zijn weggegooid geld. De overheid verstrekte de afgelopen twintig jaar in totaal een miljard euro aan vergoedingen, terwijl de natuur op het platteland alleen maar achteruit is gegaan. De agrarische sector was zeer kritisch over dit advies, maar Dijksma omarmt de conclusies. Haar aankondiging dat het stelsel op de schop moet, volgt binnen een maand na de presentatie van dat advies.

Risk Assessments Are Missing Harmful Effects of Neonics on Honey Bees

A central question confronting scientists investigating the causes of bee decline is the impact of the low concentrations of neonics now widespread in the environment that honey bees are likely to encounter. A new review paper by Henk A. Tennekes and Francisco Sanchez-Bayo in the journal Toxicology (Volume 309, July 5, 2013, pages 39–51, attached) suggests that very low concentrations of neonics can have devastating effects on bees and—here’s the most important part—that conventional risk assessment approaches can miss or underestimate those effects.

Giftigheid opnieuw bezien

Het begrip toxiciteit staat voor schadelijkheid, giftigheid van een stof. Het is een algemeen aanvaard idee dat toxiciteit alleen gekoppeld is aan de kwantiteit. Met andere woorden, iedere stof, hoe natuurlijk ook, kan giftig zijn voor de mens als je er maar genoeg van binnen krijgt (kwantiteit). Dit grondbeginsel wordt aangeduid als het Paracelsus paradigma, genoemd naar Philippus Aureolus Theophrastus Bombastus von Hohenheim (1493 of 1494 - 1541). In alle discussies omtrent de vermeende schadelijkheid van synthetische stoffen wordt dit grondbeginsel altijd weer gebruikt. Men hanteert zogenaamde ‘veilige’ doseringen, hoeveelheden die beneden de doseringen blijven die geacht worden toxisch te zijn. Nu staat of valt deze hele verdediging met de geldigheid van het uitgangspunt, nl. dat toxiciteit alleen een kwantitatief fenomeen is. Ten aanzien van dit uitgangspunt in de toxicologie bevinden we ons nu midden in een paradigma verschuiving. De Nederlandse toxicoloog Dr. Henk Tennekes heeft aangetoond dat genoemd uitgangspunt niet klopt én dat de gevolgen van die misvatting dramatisch zijn. De bekende Amerikaanse natuurkundige en wetenschapsfilosoof Thomas Kuhn schreef over paradigma verschuivingen in 1962 zijn “The Structure of Scientific Revolutions”. Kern van zijn analyse is dat vooruitgang in de wetenschap vaak gepaard gaat met enorme weerstand van het wetenschappelijke establishment.

Kamerbrief over het nieuwe stelsel agrarisch natuurbeheer

Groepen van boeren, grotere bijdrage biodiversiteit, grotere gebieden en concretere doelen zijn de sleutelwoorden van een nieuw agrarisch natuurbeheer dat per 1 januari 2016 in werking treedt. Er komen grotere aaneengesloten gebieden waardoor er meer winst valt te behalen voor de biodiversiteit. Alleen die gebieden waar een natuurrendement is te behalen, komen nog in aanmerking voor subsidie. De ontstane gebieden ondersteunen de biodiversiteit,vormen een verbinding tussen natuurgebieden of zijn een schil om een natuurgebied heen. Dit schrijft staatssecretaris Dijksma van Economische Zaken vrijdag 7 juni 2013 in een brief aan de Tweede Kamer. In een reactie schrijft de toxicoloog Henk Tennekes dat agrarisch natuurbeheer zonder een beperking van het gebruik van bestrijdingsmiddelen in ernstig vervuilde regio's gedoemd is te mislukken.

Wetenschappers dringen aan op transitie naar bijvriendelijke landbouw

Wereldwijd kampen imkers met abnormaal hoge volksterfte en verzwakte bijen. Een internationaal team van wetenschappers bracht de recente wetenschappelijke stand van kennis over de effecten van neonicotinoide-insecticiden op bijen in kaart. Grootschalig preventief gebruik in de landbouw, in combinatie met hoge persistentie in bodem en water en opname door planten die het gif doorgeven aan hun stuifmeel en nectar, leiden tot substantiële risico’s. De wetenschappers concluderen in het wetenschappelijke tijdschrift Current Opinion in Environmental Sustainability dat de bestuiving van bloeiende planten en landbouwgewassen op het spel staat.

Was ist passiert mit unseren Schwalben?

Wo bleiben die Mehlschwalben (Delichon urbicum)? Warum werden die Nester, die seit vielen Jahren stets voll belegt waren, dieses Jahr nicht genutzt? Was ist passiert mit unseren Schwalben? Diese und ähnliche Fragen besorgter Bürger werden dem NABU seit einigen Wochen häufiger gestellt. Denn viele Nester sind in diesem Frühjahr leer geblieben oder es sind mancherorts gar keine Schwalben mehr eingetroffen. „Wir nehmen diese Meldungen sehr ernst, denn leider bestätigen sie die Beobachtungen von Vogelkundlern in ganz Nordrhein-Westfalen, dass die Schwalbenbestände bereits seit Jahren stark rückläufig sind,“ sagt Bernd Jellinghaus, Sprecher des Landesfachausschusses für Ornithologie und Vogelschutz im NABU NRW. „Eine Schwalbe macht noch keinen Sommer“ warnt ein bekanntes Sprichwort. Die Sommerboten steuern in einigen Gegenden Nordrhein-Westfalens auf einem dramatischen Kurs. Mehl- und auch Rauchschwalbe (Hirundo rustica), die einst so typischen Begleiter des Menschen, wurden mit ihren Beständen für NRW in der aktuellen Roten Liste als gefährdet eingestuft.

French researchers say that one of Roundup’s inert ingredients can kill human embryonic, placental and umbilical cord cells

Until now, most health studies have focused on the safety of glyphosate, rather than the mixture of ingredients found in Roundup. But in the new study, scientists found that Roundup’s inert ingredients amplified the toxic effect on human cells—even at concentrations much more diluted than those used on farms and lawns. The new findings intensify a debate about so-called “inerts” — the solvents, preservatives, surfactants and other substances that manufacturers add to pesticides. Nearly 4,000 inert ingredients are approved for use by the U.S. Environmental Protection Agency. The French team, led by Gilles-Eric Seralini, a University of Caen molecular biologist, said its results highlight the need for health agencies to reconsider the safety of Roundup. “The authorizations for using these Roundup herbicides must now clearly be revised since their toxic effects depend on, and are multiplied by, other compounds used in the mixtures,” Seralini’s team wrote. The research team suspects that Roundup might cause pregnancy problems by interfering with hormone production, possibly leading to abnormal fetal development, low birth weights or miscarriages.

EFSA Evaluation of the FERA study on bumble bees and consideration of its potential impact on the EFSA conclusions on neonicotinoids

The European Food Safety Authority was requested to clarify whether the new publication on the effects of neonicotinoid seed treatments on bumble bee colonies under field conditions (March, 2013; Thompson et al.) has an impact on the EFSA Conclusions on the three neonicotinoids clothianidin, thiamethoxam and imidacloprid (EFSA Journal 2013;11(1):3066; EFSA Journal 2013;11(1):3067; EFSA Journal 2013;11(1):3068). The Conclusions on neonicotinoids, published on 16 January 2013, did not permit to perform a risk assessment for bumble bees and identified the need for further information to address the risk to pollinators other than honey bees. The conclusions of this scientific statement were reached on the basis of the evaluation of the study report by Thompson et al. (2013), and additional raw data made available by the study authors to EFSA. The study investigated the exposure of bumble bee colonies placed in the vicinity of crops treated with neonicotinoids and its major effects on bumble bee colonies. The current assessment concluded that, due to the weaknesses of the study design and methodology, the study did not allow to draw any conclusion on the effects of neonicotinoids on exposed bumble bee colonies, and confirmed that the outcome of the conclusions drawn for the three neonicotinoid insecticides remains unchanged.

Kwaliteit beoordeling bestrijdingsmiddelen in Nederland ver onder de maat

Pesticide Action Network Europe (PAN Europe) heeft in opdracht van het ministerie van Infrastructuur en Milieu (IenM) de kwaliteit van het werk van het Ctgb (Commissie toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden) onderzocht. Reden voor onderzoek waren de opmerkingen van voormalig voorzitter Tommel van het Ctgb dat de toelatingscommissie haar eisen wil versoepelen om beter te kunnen concurreren met buitenlandse toelatingscommissies en zodoende meer opdrachten van de industrie ’binnen te halen’. De Tweede Kamer vreesde vervolgens voor een ’race to the bottom’. Het onderzoek leidt tot de conclusie dat er alle aanleiding is te vrezen dat het Ctgb meedoet aan een ’race to the bottom’ en wordt deze week aan de Tweede Kamer aangeboden.