Beleid en debat

Omslag nodig in landbouw, bosbouw, visserij en waterbeheer om biodiversiteitsverlies te stoppen

Hoewel internationale inspanningen om het verlies van biodiversiteit te stoppen op enkele terreinen resultaat boeken, leiden deze tot op heden niet tot verbetering in de toestand van de natuur wereldwijd. Landbouw, bosbouw, visserij en waterbeheer zijn de belangrijkste veroorzakers van het verlies van biodiversiteit, maar kunnen ook een sleutelrol spelen in de oplossing. Volgens prognoses van het PBL neemt de biodiversiteit bij ongewijzigd beleid wereldwijd in de komende 40 jaar met 10% af. Dit is het gevolg van een 50-70% toename in de vraag naar voedsel, hout, energie en water voor een groeiende en steeds rijker wordende wereldbevolking. Dit is geïllustreerd in onderstaande figuur waarin de verliezen in biodiversiteit (uitgedrukt in de biodiversiteitsmaat 'Mean Species Abundance') worden toegerekend aan verschillende sectoren. Alleen door ingrijpende veranderingen in de productiewijzen in genoemde sectoren en een beleid van lange adem kan de achteruitgang worden vertraagd.

In Nederland heeft bijna een derde van de bevolking een of meer chronische ziekten

Dit komt neer op 5,3 miljoen mensen. Deze schatting is gebaseerd op een selectie van 28 chronische ziekten, gemeten in de huisartspraktijk. Chronische ziekten komen op alle leeftijden voor, maar vooral onder ouderen. Van de mensen van 65 jaar en ouder heeft 70% een chronische ziekte. Onder de 65 jaar hebben meer vrouwen dan mannen een chronische ziekte, daarboven is er relatief gezien nauwelijks verschil tussen mannen en vrouwen. In totaal zijn er meer vrouwen dan mannen met een chronische ziekte, onder andere omdat er meer oudere vrouwen zijn dan oudere mannen. Vijfendertig procent van de mensen met een chronische ziekte heeft meer dan één chronische ziekte (op basis van dezelfde selectie van 28 ziekten). Dit komt neer op 1,9 miljoen mensen ofwel 11% van de totale Nederlandse bevolking.

Natuur en biodiversiteit worden ondergeschikt gemaakt aan economische belangen

Natuur en biodiversiteit moeten vooral dienstbaar aan de economie zijn, een zuiver natuurdoel is naar de achtergrond geschoven. Dat concludeert Landschapsbeheer Nederland na bestudering van de miljoenennota 2015. Onder de post Natuur en Regio is bij het ministerie van Economische Zaken voor 2015 een bedrag van 293 miljoen euro opgenomen. Deze middelen komen maar gedeeltelijk echt ten goede aan natuur en landschap. Natuur en biodiversiteit worden in de toelichtende tekst van deze begrotingspost beschreven als dienstbaar aan de economie, onder andere in de vorm van levering van grondstoffen, wateropvang en vestigingsklimaat. Een zuiver natuurdoel is naar de achtergrond geschoven. Natuur krijgt daardoor niet de positie en waardering die nodig is, stelt Landschapsbeheer Nederland. Bovendien worden echte natuur- en biodiversiteitsdoelen en ambities op het gebied van soortenbescherming door het kabinet vooral gekoppeld aan internationale afspraken.

Chronische blootstelling aan pesticiden verhoogt kans op de longziekte COPD

Boeren en tuinders die met gewasbeschermingsmiddelen werken hebben een verhoogde kans op de longziekte COPD. Dit blijkt uit het promotieonderzoek van Kim de Jong aan de Rijksuniversiteit Groningen. Mensen die op hun werk met bestrijdingsmiddelen in aanraking komen, vertoonden de sterkste, snelste en meest consistente verslechtering van de longfunctie, zo stelt De Jong. In het onderzoek werd gekeken naar de gevolgen van beroepsmatige blootstelling aan sigarettenrook, giftige dampen, stoffen en gassen. Dit bleek te leiden tot een minder goede longfunctie en het vaker voorkomen van COPD. De Jong gebruikte voor haar onderzoek gegevens uit twee andere studies naar de gezondheid van de algemene populatie, die van LifeLines en Vlagtwedde-Vlaardingen.

Tussen 1970 en 2010 zijn de zoogdier-, vogel-, amfibie-, reptiel- en vispopulaties wereldwijd met 52 procent gekrompen

Met name in arme landen is de biodiversiteit sterk afgenomen. Dat blijkt uit onderzoek van het Wereldnatuurfonds. Het Wereldnatuurfonds presenteert de onderzoeksresultaten in het ‘2014 Living Planet Report‘. Het rapport – dat elke twee jaar verschijnt – richt zich op drie gebieden: de populaties van meer dan tienduizend gewervelde soorten, de menselijke ecologische voetafdruk (consumptie van goederen, productie van broeikasgassen) en de bestaande biocapaciteit (de natuurlijke bronnen die we gebruiken om onder meer drinkwater en voedsel te produceren). “Er is heel veel data te vinden in dit rapport en dat kan overweldigend en complex lijken,” erkent Jon Hoekstra, werkzaam bij WWF. “Wat niet gecompliceerd is, zijn de duidelijke trends die we zien: 39 procent van de wilde dieren op het land is verdween, 39 procent van de wilde dieren in het water is verdwenen, 76 procent van de wilde dieren in zoet water is verdwenen en dat allemaal in de afgelopen veertig jaar.”

Disparition des insectes : une catastrophe silencieuse

Pour François Ramade, professeur émérite d'écologie à l'université de Paris-Sud, les insecticides modernes, notamment les néonicotinoïdes, sont responsables d'une véritable "catastrophe écologique". Et, selon lui, "la réponse des pouvoirs publics des pays développés et des institutions multilatérales est absente ou dérisoire". Les personnes de plus de 40 ans se souviennent des pare-brise, phares et calandres de voiture constellés de cadavres d'insectes. La propreté des voitures actuelles est le signe d'une disparition massive d'insectes qui doit nous alarmer. L'agriculture moderne a permis, par l'usage massif d'« intrants », une augmentation considérable de la productivité des cultures. Elle atteint depuis quelques décennies des limites dues à l'impact environnemental de ses pratiques. En effet, l'accroissement de productivité qu'elle a permis n'est pas dû à une révolution biologique dans le contrôle de la photosynthèse, mais à un recours sans cesse accru aux engrais chimiques et aux pesticides, dont les conséquences écologiques néfastes sont connues.

Lower maximum permissible levels of imidacloprid in Dutch surface water enforced by National Institute for Public Health and the Environment

The neonicotinoid insecticide imidacloprid is among the pesticides that most frequently exceed current water quality standards in Dutch surface waters. Recent research shows that effects of imidacloprid on water organisms occur at concentrations below these standards. Mayflies appear to be particularly sensitive with chronic No Observed Effect Concentrations in the nanogram per liter range. The aim of this study was to derive updated water quality standards in accordance with the methodology of the European Water Framework Directive by evaluating the available recent literature on acute and chronic ecotoxicity of imidacloprid to aquatic organisms in laboratory and semi-field experiments. It is concluded that the standard for longterm exposure should be lowered to 8.3 nanogram per liter, the standard for short-term concentration peaks can be maintained at the current value of 0.2 microgram per liter. The European Commission set restrictions to the use of imidacloprid-based products to reduce the risks for bees and the Dutch national authorities issued emission reduction measures to protect aquatic life. Future monitoring data will ultimately reveal if these measures are sufficient to meet the newly proposed standards.

Snake fungal disease diagnosed in Georgia - immune suppression by neonics in reptiles?

A mysterious and deadly disease is appearing in Georgia’s bats, and a similar illness was diagnosed in July in a snake, according to state wildlife officials. Bats are dying from the white-nose disease, which has killed an estimated 5.7 million bats and driven one species found in Georgia to the brink of extinction. Now snakes are a concern. The first wild snake in Georgia to be diagnosed with snake fungal disease was found on the edge of a blackwater swamp near Statesboro, and the implication is the disease could be spreading. The fungus associated with white-nose disease shares similarities with the one connected to snake fungal disease, including that it occurs naturally in soil, according to a statement from the Georgia Department of Natural Resources.

The world’s largest frog and Chile’s largest amphibian faces extinction

Calyptocephalella gayi, or the Chilean helmeted bull is the world’s largest frog and Chile’s largest amphibian. It measures around twenty centimeters in length and weighing over one kilo (roughly 2..2 lbs). It can only be found in this country and in 2008 it was listed on the Red List of Threatened Species compiled by the International Union for Conservation of Nature (IUCN). Experts now believe it could take as little as two decades for the species, which has been in existence since before the American continent was formed, to be wiped out completely.The frog was referred to under a different name until experts recently noted the strong similarity between a fossil genus of a Calyptocephalella gayi, which they believed to be extinct, and the twenty centimeter frog which can be found today in Chile. This observation brought the species out of extinction, with experts referring to the creature as a “living fossil,”yet is has swiftly become categorized as a “vulnerable” species, which is Chile’s penultimate category before extinction.

Blootstelling aan pesticiden tijdens de zwangerschap verhoogt de kans op een autistisch kind

Er zijn al diverse oorzaken van autisme bekend: complicaties tijdens de zwangerschap, virale infecties en genetische afwijkingen. De jongste jaren vestigen steeds meer onderzoekers hun aandacht op de gevolgen van milieuverontreinigende middelen. Volgens The Verge bevestigt een nieuwe studie van de universiteit van Californië het verband met autisme. De Amerikaanse wetenschappers bevestigen het vermoeden dat neurotoxinen, gaande van pesticiden tot kwik en diesel, de ontwikkeling van de hersenen bij foetussen beïnvloeden. Hun studie verscheen vandaag in Environmental Health Perspectives. De onderzoekers vergeleken gegevens van het California Pesticide Use Report met de adressen van 970 kinderen die deelnemen aan een lopende studie over autisme. Ze ontdekten verbanden tussen de chemicaliën waaraan de moeders voor de conceptie en tijdens de zwangerschap werden blootgesteld en eventuele ontwikkelingsstoornissen bij hun kind. Om beïnvloeding door andere factoren uit te sluiten, hielden ze ook rekening met de inname van vitamines, socio-economische status en stofwisselingsstoornissen tijdens de zwangerschap.